kruizen (symbolische betekenis)

Het kruis waaraan Jezus stierf op Golgotha. Het had de vorm van een Latijns kruis, een lange staander en een kortere dwarsbalk op ongeveer een kwart van de lengte van de staander. Er zijn meer kruisvormen, waarvan de meest voorkomende zijn: het Griekse kruis met gelijke armen; het St. Andrieskruis met diagonale armen van gelijke lengte; het gaffelkruis met een staander die zich aan de bovenkant splitst in twee diagonale armen; het St. Antonius- of Tau-kruis met de dwarsbalk bovenop de staander. (Religieus Erfgoedthesaurus),Kruizen zijn een symbool uit de christelijke leer. Kruizen bestaan in het algemeen uit een horizontale staander met op ¾ van de hoogte een kortere dwarsverbinding. Er bestaan talloze variaties maar het Latijnse kruis komt het meest voor. Voordat het kruis een christelijk symbool werd, was het al een universeel teken van verzoening, de synthese tussen hemel en aarde en de vier windrichtingen. Als christelijk symbool wordt het in verschillende vormen aangetroffen, al naar gelang de geloofsrichting. Het symbool wordt vaak afgebeeld maar ook gebruikt als grafkruis. (Stichting Dodenakkers.nl)

• Synoniem: kruis (symbolische betekenis)
• Breder: ceremoniële objecten
• Smaller: professiekruizen, passiekruisen, missiekruisjes, gedachteniskruisjes, reliekkruisen, devotiekruisen, caravacakruisen, preekstoelkruisen, Andreaskruizen (heraldiek), missiekruisen, wijdingskruisen, borstkruisen, processiekruisen, kazuifelkruisen, torenkruisen, grenskruizen, oliekruisen, dakkruisen, bisschopskruisen, draaikruizen, kerkhofkruisen, ordekruisen, huwelijkskruisen, triomfkruisen, reverskruisjes, altaarkruisen, boetekruisen en [[1]]
• Begrippenkader: Cultuurhistorische Thesaurus
• Thesaurus: kruizen (symbolische betekenis)