kleding
Bedekking van de romp, ledematen, handen, voeten en hoofd voor de warmte, mode, of om bedekken naaktheid. Het sluit over het algemeen andere voorwerpen die onder 'kostuum'vallen zoals sieraden, kronen en andere accessoires die puur decoratief of symbolisch zijn en geen praktische functie hebben, uit. (AAT-Ned),Kleding is textiel en aanverwante zaken gemaakt om het menselijk lichaam te bedekken. Meestal worden gewone kledingstukken bedoeld. (Conservation Dictionary)
- Synoniem: kledij,kleren
- Breder: persoonlijke voorwerpen
- Smaller: tipdoeken, onderkapjes, mantels, collaars, hoofddeksels, rouwdrachten, sokophouders, chatelaines (kledingaccessoire), bruiloftskleding, riemen (kleding), kloosterkleding, nachtkleding, wanten, hoofdbedekking, jongenskleding, akers (versiersel), bretels, sluitlakens, buidels, slauwen (kleding), boa's, koorkapschilden, struisveren, soutanebanden, ceremoniesluiers, zevenstellen, jakken (kleding), lieslaarzen, kledinghangers, halve rouw, borstrokken, uniformen, boetejukken, hoofdijzers, kraplappen, doopkleden, cappa magni, onderbroeken, mouwen (kleding), hemdrokken, processiekleding, doopkleding, meisjeskleding, doopensemblen, herenkleding, slabben (beschermende kleding), riemtongen, gespen, vesten (kleding), broeken, moffen (kleding), kamizooltjes, vrijetijdspakken, koorkapsluitingen, bloezen, maskers, kousen en sokken, kazuifelkolommen, tuigjes (kleding), kinderkleding, schoeisel, kragen, clavis, oorwarmers, zware rouw, gordels (kleding), tunica's, oliepakken, bandelieren, mijters, doopgewaden, beurzen, kledingonderdelen, rochets, communiestrikken, kaplaarzen, lijfrokken, collectantenkleding, zonnekleppen, leibanden, boezelaren, sportkleding, onderrokken, linten (versiering), borsikken, kielen, kapers (hoofdbedekking), buisjes, baven, poppenkleding, lijfjes (kleding), hemden, gezondheid (kledingstuk), rokken, ondergoed, pruiken, dassen, omslagdoeken, ornaten, halsjes, driestellen, binders (kleding), rijglijven, tutulus, banden (kleding), frontjes, handschoenen, vierstellen, bonnets, koorgewaden, wambuizen, werkkleding, regenkleding, overalls, kledingaccessoires, voorhoofdbanden, kappen (kleding), keurslijven, boezeroens, communie-ensembles, lichte rouw, cingels, speelgoedparamenten, sjerpen, kovels, kostuums, paramenten, drachten, kaima, onderkleding, fibulae, avondmaalskleding, truien, bef, bruidskleding, rouwkleding, suisse-uitrustingen, schorten (kleding), ordekleding, ondertunieken, misdienaarskragen, halleluja's, babykleding, rouwstrikken, jurken, clergymannen, halsdoeken, communiekostuums, boetekleden, visserskleding, damesondergoed, zwemkleding, communiesluiers, bauwen, ceremoniële kleding, scapulieren, dameskleding, onderlijfjes en katjes (kleding)
- Begrippenkader: Cultuurhistorische Thesaurus
- Thesaurus: kleding
Deze pagina is voor het laatst bewerkt op 9 jan 2025 om 04:21.