kartuizers
Geestelijke orde, in 1084 door de H.Bruno gesticht in een verlaten dal van het Chartreusegebergte bij Grenoble. Het was de bedoeling terug te keren tot de voor-benedictijnse ideologie, het leven van de vroegchristelijke kluizenaars of eremieten ( laura). Dit had voor de kloosteraanleg het belangrijke gevolg dat elk lid van het convent zijn eigen kluis met tuintje kreeg. De gemeenschappelijke dormter en gewoonlijk ook de refter bleven achterwege. De kluizen lagen aan drie zijden om de ‘grote’ kloosterhof, die meestal aan de oostzijde van de kerk lag. Het ‘claustrum minus’, de ‘parva galilea’ of het ‘colloquium’ was de gewone kruisgang. De architectuur was oorspr. zeer sober. Op den duur werden de gebouwen weelderiger ingericht, getuige de ‘Certosa’ van Pavia (gesticht 1396) en de ‘Chartreuse de Champmol’ bij Dijon (1383). In Nederland herinneren nog enkele overblijfselen in Roermond (stichting 1376, tot 1975 Groot-Seminarie) aan de bouwwijze van de kartuizers. In Utrecht is van het klooster ‘Nieuwlicht’ nog het poortgebouw ‘Chartroise’ over (1492). Monnikenhuizen bij Arnhem bewaart in de naam de herinnering aan de oorspr. bewoners (1443). (Haslinghuis)
- Synoniem: kartuizer
- Breder: actorrollen
- Begrippenkader: Cultuurhistorische Thesaurus
- Thesaurus: kartuizers
Deze pagina is voor het laatst bewerkt op 20 aug 2024 om 05:35.