vormen (fysiek kenmerk)

De omtrek, vorm of kenmerkende configuratie van een object met inbegrip van zijn contouren; de uiterlijke verschijningsvorm of buitenste begrenzing van het object. (AAT-Ned)

• Synoniem: vorm (fysiek kenmerk)
• Breder: fysieke kenmerken
• Smaller: ingesnoerd eivormig, dubbel-gegolfd oor, sterk gebogen tuit, c-vormig oor, dubbel gegolfd, aanliggende gebogen tuit, pyramide (vorm), spoelvormig, ingesnoerd ellipsoidisch, boogvormig oor, omgekeerd canopisch, halve bolvormig omgekeerd of stolpvormig, trechtervormig, gebogen lip, stempelvormige voet, vaasvormige schacht, prismatisch met ingezwenkte wanden, uivormig, geprofileerd met getorste opgelegde band in het midden, afgeplat, buidelvormig, zegelvormige knop, samengedrukt bolvormig deksel met uitspreidende rand cilindrische, inschietende ring half-bolvormige knop, gelobde voet, geringde schacht, aangeknede voet, gegolfd, hiel-ojiefvormig, stomphoekige omgebogen tuit, drielobbig, geprofileerd met 2 opgelegde ribbels langs de randen, gevlochten oor, ovaal (vorm), slank piramidaal, ojief-gewelfd deksel met cilindrische, inschietende ring bolvormige knop, vierzijdig prismatisch - meerzijdig prismatisch, bandvormig oor, veelhoekig, aanliggende rechte tuit, meloenvormig, omgekeerd tulbandvormig, zaagvormen, omgekeerd peervormig, driehoekige sneb, peervormig, slank balustervormig, kommen (vorm), bootvormig, lusvormig oor, bollebuisjesvormen, ingeknepen sneb, druppelvormig, voluutvormig oor, scherphoekig oor, ingesnoerd balustervormig, geknikt c-vormig oor, gedrukt liggend ellipsoïdisch, half-ellipsoïdisch deksel met uitgebogen rand omgekeerd tolvormige knop, gelobde voet met uitgeslagen noppen getordeerde schacht, concaaf, gegolfd vleugelvormig oor, gebogen sneb, geribde conische voet cilindrische schacht, met frambozen bezet, ellipsoïdisch, breed canopisch, grondvormen, gedrukt eivormig, diabolovormig, half ellipsoïdisch, gestrekt s-vormig oor, gedrukt balustervormig, klok-ojiefvormig, omgekeerd eivormig, kalebasvormig, geknikt voluutvormig oor, geprofileerd met opgelegde ribbel in het midden, balustervormig, slank staand ellipsoïdisch, eikelvormig, afgerond, kubus, slank eivormig, cilindrisch (vorm), staand ellipsoïdisch, ringvormig, kronen (vorm), c-voluutvormig oor, gewelfd, stomphoekig oor, getorst of gedraaid oor, helmvormig, gegolfd oor, tulband-vormig, rechthoekig oor, ojief-gewelfde voet, convex, conisch, gedoornd, vierhoekig gebogen oor, kegel, opgebogen voluutvormig oor, gelobde voet op vierkante basis, rustend op vier kleine pootjes, de onderaan verdikte schacht bovenaan wijd-klokvormig, sterk gewelfd deksel met diamantvormige knop, onregelmatige ellipsoide, trechtervormige tuit, flauw gebogen tuit, tuitvormige hals, piramidaal, liggend ellipsoïdisch, randvorm, deksels (vorm), hartvormig, gekartelde voet, ingetrokken monding, lensvormig, tweemaal rechthoekig omgebogen tuit, vlak (vormkenmerk), klokvormig, kelkvormig, geäccouleerd, vierlobbige stop, geprofileerd vlakke voet, gevlochten schacht, flauw s-vormig gebogen tuit, staand oor, slank omgekeerd balustervormig, bolvormig, omgekeerd slank conisch of bekervormig, van de hals afgescheiden tuit, eivormig, voeten (vorm), kubisch, gekanteeld, rechte tuit, gedrukt klokvormig, bomberen, stolpvormig, priemvormig, hol geschulpt, vleugelvormig oor, randen en mondingen, ringvormig oor, s-vormig, tolvormig, slank canopisch, holle bodem, liggend oor, gedrukt canopisch, staand (formaat), halve bolvormig, knoppen (vorm) en gevoluteerd
• Begrippenkader: Cultuurhistorische Thesaurus
• Thesaurus: vormen (fysiek kenmerk)