putten (reservoir)

Gaten, kuilen of andere meestal verticale uitgravingen die in de aarde worden uitgeboord, geslagen, gedrild of op een andere manier gebouwd om diverse vloeistoffen omhoog te halen, bijvoorbeeld water, brijn, aardolie of aardgas. (AAT-Ned)

• Synoniem: put (reservoir)
• Breder: aardwerken
• Smaller: tonputten, puttouwen, putgalgen, putkisten, wensputten, sneeuwkuilen, grenskuilen, echoputten, wolfskuiltjes (putten), cisternes, putstoelen, putsen, putkettingen, haalbomen, heilige putten, rioolputten, putstellen, zinkputten, putdeksels, boomstamputten, ijsputten, regenputten, tichelputten, putranden, schrobputten, ijskuilen, beerputten, zaagkuilen, puthaken, puthuis, kalkkuilen, putslingers, secreetputten, [[1]], [[2]], [[3]], [[4]] en [[5]]
• Begrippenkader: Cultuurhistorische Thesaurus
• Thesaurus: putten (reservoir)