Isolatie van historische vensters
Introductie
Het isoleren van historische vensters vraagt om een zorgvuldige aanpak. Historische vensters dragen namelijk in belangrijke mate bij aan de authentieke beleving van een monument. Toch kunnen er vanuit het oogpunt van energiebesparing of comfortverbetering wensen zijn om het bestaande venster aan te passen. De mogelijkheden voor aanpassingen zijn afhankelijk van de mate waarin een venster cultuur- en architectuurhistorische waarde bezit. Behalve dergelijke monumentale waarde spelen ook afwegingen vanuit duurzaamheidsambitie en kostenoverweging een rol. Bij ieder project is het belangrijk een passend isolatieontwerp op te stellen en een integraal plan te maken. Dit varieert van kierdichting en raambekleding tot voorzetramen, glasvervanging of integrale vervanging.
Voorwaarden en aandachtspunten
Deze instructievideo helpt bij het maken van een zorgvuldige afweging voor vensterisolatie:
Monumentale waarde
Historische vensters zijn veelal van grote architectuur- en cultuurhistorische waarde voor een monument. Lees meer over de historische ontwikkelingen en het cultuurhistorische belang van historische vensters in de publicatie Historische vensters isoleren. Zo zijn vensters bepalend voor de opbouw en verhoudingen van een gevel. Aan de binnenzijde bepalen ze de beleving van de achterliggende ruimte. Bovendien kunnen ze een rol spelen in de historische afwerking van een vertrek. De monumentale waarde van de vensters wordt bepaald door de volgende aspecten:
- Beleving
- Architectuurhistorie
- Ambachtelijke ontwikkeling
- Karakteristiek glas
- Zeldzaamheid
De monumentale waarde van het venster is leidend bij het beoordelen van de mogelijkheden tot aanpassing. Uitgangspunt bij het aanpassen van het venster is dat het historische beeld van het venster behouden blijft. Belangrijk is dat daarbij zowel naar de buitenzijde als de binnenzijde van het monument wordt gekeken. Kijk onder andere naar de grootte van het venster, de profileringen, de (ouderdom van) materialen en de constructie. Deze geven veel informatie over de geschiedenis van het venster en de rest van het gebouw. Vorm en materiaal zijn typerend voor een bepaalde bouwstijl of ze vertonen regionale karakteristieken. Lees meer over de afwegingen ten aanzien van vensterisolatie in het themahoofdstuk Vensters in de publicatie Verduurzaming van Monumenten - Afwegingskader voor vergunningverlening.
Integraal plan
Breng bij het isoleren van historische vensters ook alle andere maatregelen in kaart, zoals gevelisolatie, dakisolatie, vloerisolatie, ventilatie en verwarming. Als bijvoorbeeld alleen de vensters geïsoleerd worden, kan de balans in de huishouding van warmte en vocht in een gebouw verstoord raken. Daarom is het ook bij het isoleren van historische vensters belangrijk dat er aandacht wordt besteed aan ventilatie.
Bij alle ingrepen is het belangrijk dat eerst de monumentale en bouwfysische gevolgen in kaart gebracht worden. Behalve de monumentale waarde en de bouwfysische gevolgen is de technische staat van het venster medebepalend om te kunnen vaststellen welke ingreep voor het gebouw het beste is.
Detailboek Een Warme Jas
De detaillering van bouwkundige ingrepen is van groot belang bij het verduurzamen van monumenten. Een goede detaillering kan bouwfysische problemen voorkomen en zorgt voor een inpassing die rekening houdt met de monumentale waarden.
Het detailboek Een Warme Jas staat vol met uitgetekende bouwkundige details met uitleg over hoe historische panden kunnen worden verduurzaamd. Het boek is gratis te downloaden op eenwarmejasvooroudehuizen.nl [1].
Het boek is vooral bedoeld als inspiratie om monumenteigenaren, aannemers en restaurateurs op weg te helpen met de mogelijkheden. Het zijn geen voorgeschreven oplossingen.
Het detailboek is een initiatief van de gemeenten Rheden, Arnhem, Ede en de Provincie Gelderland. Dit boek is tot stand gekomen in samenwerking met het Architecten Bureau Prent en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Het boek staat vol met uitgetekende bouwkundige details met uitleg over hoe historische panden kunnen worden verduurzaamd. In Hoofdstuk B4 zijn een aantal details te vinden voor isolatiemogelijkheden van historische vensters.
Tijdelijke en plaatselijke oplossingen
Het is voor een groot deel van het jaar minder noodzakelijk om energiebesparende en warmte-isolerende maatregelen te treffen. Deze behoefte geldt veelal vooral tijdens de wintermaanden. Het is daarom goed te overwegen of er ook tijdelijke maatregelen te nemen zijn, zoals voorzetbeglazing of luiken die in warmere jaargetijden weer verwijderd en opgeborgen kan worden. Ook is het zinvol te onderzoeken of isolerende maatregelen in beperkte delen van het gebouw aangebracht kunnen worden, bijvoorbeeld alleen in de woonkamer.
Kieren dichten, raamluiken en gordijnen sluiten
Relatief eenvoudige maatregelen bij het energiezuiniger maken van historische vensters zijn het verbeteren van de kierdichting en het gebruik van raamluiken of (isolerende) gordijnen.
Kierdichting
Historische houten vensters verliezen doorgaans meer warmte door hun kieren dan door het glas. Kierdichting speelt dan ook een belangrijke rol in het terugdringen van warmteverliezen bij vensters. Dit bespaart minstens evenveel energie als het vervangen van enkelglas door isolatieglas. Daarmee is kierdichting de minst ingrijpende manier om historische vensters energiezuiniger te maken. Bovendien verandert er aan het uiterlijk nauwelijks iets, wat belangrijk is bij monumenten.
Kierdichting bij historische vensters vraagt om extra aandacht. Voor historische schuiframen bestaan speciale professionele tochtprofielen (voorbeelden in afbeelding 1, 2 en 3). Die dichten de kieren goed, gaan lang mee en zijn ‘blind’ te plaatsen. Dit laatste betekent dat ze niet zichtbaar zijn als het raam gesloten is. Het is belangrijk zorgvuldig te bezien waar ze aangebracht worden, zodat het beste resultaat wordt verkregen. Het is raadzaam deskundige hulp in te roepen voor de keuze van het soort profielen en voor de uitvoering. De extra kosten voor een deskundige oplossing betalen zich over het algemeen weer snel terug, omdat goed uitgevoerde dichting van de kieren de kosten voor energie flink laat dalen. In het detailboek Een Warme Jas[1] worden verschillende oplossingen voor kierdichting schuiframen, draairamen en voordeuren omschreven (zie de detailbladen B4.11 t/m B4.17). De totale luchtdichting van een venster kan verder verhoogd worden door kierdichting te combineren met luiken en/of gordijnen.
Raambekleding
Veel historische gebouwen zijn voorzien van luiken (afbeelding 4). Deze worden van oudsher al gebruikt om het gebouw te beschermen tegen weersinvloeden en inbrekers. Het sluiten van binnen- of buitenluiken reduceert niet alleen het warmteverlies. Maar reduceert ook de hittestress, door het weren van zoninstraling tijdens hete zomerdagen. In het detailboek Een Warme Jas[1] worden verschillende oplossingen voor de aansluiting van binnenluiken op een binnenvoorzetwand omschreven (zie het detailblad B4.02). Als er geen luiken aanwezig zijn, is het ophangen van isolerende gordijnen een goed en betaalbaar alternatief. Stem de keuze voor type raambekleding af op de uitstraling van het monument.
De effectiviteit van raambekleding hangt af van verschillende factoren, zoals het type materiaal, de stofdikte, gelaagdheid en reflectiewaarde. Gevoerde en/of gemoltoneerde gordijnen resulteren bijvoorbeeld in een hogere isolatiewaarde dan enkellaags onbewerkte luchtige stof. Een reflecterende laag kan daarentegen hitte in de zomer weren of warmte in de winter beter binnenhouden (afbeelding 5). De effectiviteit is daarnaast ook sterk afhankelijk van een consequent gebruikersgedrag, door deze op de juiste moment te sluiten.
Stem het gebruik van raambekleding af op het seizoen en de zoninstraling. Gebruik raambekleding in de zomer vooral overdag om de zoninstraling te weren en koude beter binnen vast te houden. In de winter is raambekleding vooral 's nachts effectief. Maar ook op extra koude dagen, met beperkte zoninstraling, loont het om gordijnen en luiken overdag te sluiten. Zorg ervoor dat gordijnen niet voor verwarmingselementen hangen. Anders zal de warmte grotendeels rechtstreeks door de gevel en de vensters verloren gaan.
Het meest effectieve isolerende gordijn is een dubbel plisségordijn met aluminium coating aan de binnenzijde (afbeelding 6). Deze vouwgordijnen beschikken over een horizontaal symmetrisch gevouwen stof. Hiermee ontstaat een zogenaamde honinggraatstructuur (horizontale, holle 'tunnels') in het gordijn, vergelijkbaar met een harmonica zoals te zien in afbeelding 7. Voor de beste energetische prestatie dient dit gordijn zo goed mogelijk aan te sluiten in de gevelopening, zodat de lucht in de 'tunnels' zo veel mogelijk stil blijft staan. Jaloezieën daarentegen zijn minder sluitend en daarom energetisch minder effectief. Dergelijke toepassing is met name interessant voor het reguleren van de lichttoetreding, zoninstraling en inkijk (privacy).
Bij goed gebruik – ’s avonds sluiten en ’s ochtends openen – bespaart raambekleding al snel meer op de stookkosten dan met gelaagd isolatieglas of glasfolies. Plisségordijnen met aluminium coating bij een (historisch) enkelglas isoleert zelfs net zo goed als HR+ glas [2].
Vensterisolatie met behoud van historisch glas
Aan diverse glassoorten wordt hoge monumentale waarde toegekend. Daardoor is het niet altijd mogelijk om het glas te vervangen. Vlakglas met een bijzondere bewerking en glas dat voor 1900 handmatig gemaakt werd heeft meestal een hoge monumentale waarde. Kijk voor een overzicht van bijzondere glassoorten in het kennisbankartikel Soorten vlakglas. Uitgangspunt is dat waardevolle glassoorten behouden blijven. Betrek bij de afweging voor behouden of vervangen van glas ook het materiaal van het bestaande venster of raam. Zo zijn stalen en brons/messing vensters zeldzamer en veelal onderdeel van de totale architectuur, en dus behoudenswaardig. In dergelijke situaties zijn minder ingrijpende maatregelen zoals binnen- of buitenvoorzetramen en isolerende glasfolies de betere keuze.
Binnenvoorzetramen
Een binnenvoorzetraam wordt aan de binnenzijde van het vensters geplaatst. Indien de nieuwe toevoeging in de kozijnnegge, op het kozijn of buiten de architraaflijst wordt geplaatst, dan beperkt het warmteverlies en verhoogt de kierdichting, zie voorbeelden in afbeeldingen 8, 9 en 10. Dit zal tevens ten goede komen aan geluidswering, brandveiligheid en inbraakveiligheid. Wordt een binnenvoorzetraam op het raam zelf geplaatst, dan is het hoofdzakelijk het warmteverlies dat beperkt wordt (afbeelding 11). Combineer deze oplossing daarom dan ook met kierdichting.
Een groot voordeel is dat het venster gehandhaafd kan blijven en dat de voorzetbeglazing gemakkelijk weer verwijderd kan worden. Om het historische beeld van het venster zo min mogelijk te verstoren, is het belangrijk dat de indeling en detaillering van het voorzetraam afgestemd wordt op het historische venster. Stem de detaillering af op een eventuele binnenvoorzetwand en operationele overwegingen t.a.v. ventilatie, schoonmaak en onderhoud. Een uitneembaar of te openen binnenvoorzetraam is praktischer. Plaats het binnenvoorzetraam zo dat het oorspronkelijke raam kan blijven functioneren:
- Beleglatten moeten afgenomen kunnen worden,
- Ramen moeten kunnen draaien,
- Bijzonder hang- en sluitwerk moet behouden blijven (afbeelding 12),
- Luiken moeten open en dicht kunnen.
In sommige gevallen zijn binnenvoorzetramen niet mogelijk vanwege een bijzonder interieur met bijvoorbeeld houten betimmeringen rondom het venster of andere bijzondere wandafwerkingen zoals binnenluiken waardoor niet genoeg ruimte is om het binnenvoorzetraam te bevestigen.
Zorg voor een luchtdichte afwerking aan de binnenzijde om te voorkomen dat er vochtige binnenlucht tussen het venster en de voorzetbeglazing (spouw) komt. Het is van groot belang dat er in deze spouw goede ventilatie mogelijk is met buitenlucht. Zo blijft de condens hier beperkt. Realiseer de ventilatie zo dat de monumentale waarde van het gebouw visueel en fysiek niet aangetast wordt. Bijvoorbeeld door geen kierdichting aan te brengen bij het historische venster. Mocht dit onvoldoende of geen optie zijn, overweeg dan onder andere om in de onderdorpel van het raam een of twee gaatjes te boren, van ongeveer acht millimeter doorsnee, schuin naar buiten en onderen. Of door koperen buisjes in de onderdorpel toe te passen. Voorkom intrekkend vocht en ongedierte in het houtwerk door de gaatjes te voorzien van verf en een stukje gaas.
Het loont om in het voorzetraam een enkelglas te nemen met een low-e coating. Degelijke coating beperkt de warmteoverdracht door straling. Tegen geringe meerkosten verbetert dit de isolatiewaarde van het totale voorzetraam nog meer.
Behalve binnenvoorzetramen met enkelglas is het ook mogelijk om een voorzetraam met isolatieglas te detailleren. Dit is met name goed te combineren met een binnenvoorzetwand, omdat er dan extra ruimte in de neg ontstaat om het dikkere binnenvoorzetraam in te integreren. In het detailboek Een Warme Jas[1] worden verschillende oplossingen voor binnenvoorzetramen omschreven (zie de detailbladen B4.08 en B4.22 t/m B4.26 ).
Met name bij historische stalen vensters hebben binnenvoorzetramen het grote voordeel dat niet alleen de isolatie van het glas verbetert, maar ook de koudebrug van het staal weggenomen wordt. De isolatiewaarde van het totale venster neemt hierdoor zeer sterk toe.
Buitenvoorzetbeglazing plaatsen
Buitenvoorzetramen worden, zoals de naam al zegt, aan de buitenzijde van het gebouw geplaatst. Buitenvoorzetglas verandert de kleur, spiegeling en vervlakking van de gevel. Dit heeft bij monumentale panden vrijwel nooit de voorkeur, omdat dit de beeldwaarde van het gebouw sterk aantast.
In enkele gevallen zijn buitenvoorzetramen de enige optie om verantwoord te isoleren. Veelal is dit een gecombineerde afweging waarbij er ook een noodzaak speelt om het monument te beschermen, bijvoorbeeld tegen glasbreuk bij storm of preventief tegen vandalisme of juist ten behoeven van brandveiligheid. Dergelijke overweging speelt bijvoorbeeld vaker een rol bij bescherming van bijzonder glas-in-lood van kerkgebouwen.
In een sporadisch geval kan het voorkomen dat een hoogwaardige stijlkamer met waardevolle historische venster het beste vanaf de buitenzijde geïsoleerd kan worden. Niet alleen de bescherming van het venster en het glas, maar ook de bescherming van het interieur speelt hierbij een belangrijke rol in de afweging. De bescherming en beleving van het binneninterieur dient bij dergelijke toepassing afgewogen te worden ten opzichte van het gevelbeeld en de zichtlijnen vanaf de buitenzijde. In een dergelijke situatie kan een buitenvoorzetraam het binnenklimaat in de stijlkamer bevorderen wat het behoud van het interieur en het gebruik van de stijlkamer ten goede komt.
Glas- en raamfolies
Glasfolies worden tegen de binnenzijde van het enkelglas geplakt (afbeelding 13). De prestatie van een folie hangt af van de specificaties. Een goed voorbeeld hiervan is Low-E folie. Dergelijke folie beperkt de warmteoverdracht door straling. De kou die enkelglas in de winter uitstraalt, is met folie minder goed voelbaar. Met het gebruik van glasfolies nemen de stookkosten af. De besparing is gelijk aan die van gelaagd isolatieglas. De keerzijde is dat folies gevoelig zijn voor schade en minder lang meegaan dan isolerende glassoorten. Tevens vervalt de werking van de folie bij condensatie op het glas.
In sommige gevallen is een folie extra interessant om het interieur of een museumcollectie te beschermen teven UV-staling. Dit zijn veelal gekleurde of verduisterende folies. Dergelijke folies kunnen verkleuring en spiegeling veroorzaken in het gevelbeeld. Dit kan storend zijn en dient afgewogen te worden ten opzichte van de beleving van het monument.
Is er sprake van bijzonder glas of dun historisch vensterglas, zoals enkelglas van 2 à 3 mm? Of gaat het om grote, in het oog springende ruiten? Dan zijn folies meestal geen optie. Met het verwijderen van de folies kan dit kwetsbare glas breken. Isolerende raambekleding of binnenvoorzetramen zijn dan een betere keuze.
Er bestaat ook een optie om een krimpfolie op het raamhout of op het kozijn aan te brengen (afbeelding 14). Dit is eenvoudig zelf aan te brengen en is reversibel. Doe dit op een droge dag, met een lage luchtvochtigheid. Dit reduceert het risico op condensatie tussen de raamfolie en het enkelglas. Houd er rekening mee dat door verwijderen van het plakband het schilderwerk kan beschadigen.
Glas wel vervangen
Op voorwaarde dat het te vervangen glas geen of beperkte van monumentale waarde heeft kan bezien worden of er dun isolatieglas geplaatst kan worden. Beperkende materiele waarde zijn afhankelijk van het bestaande glas, het raamhout of de stalen profielen. Beperkende visuele waarden zijn bijvoorbeeld spiegeling, schaduwval of profilering.
Kijk op basis van bovenstaande overwegingen of er ruimte is in de historische sponningen voor nieuw isolatieglas. In houten ramen kunnen de sponningen misschien aangepast worden, maar dan wel op zo’n manier dat de profilering van het venster, gezien vanaf de buitenzijde, gehandhaafd blijft. Hierbij gaat mogelijk historisch materiaal verloren doordat er gefreesd moet worden. De sponning van veel historische stalen vensters is vaak diep genoeg voor het speciale isolerende glas voor monumenten.
De afgelopen jaren zijn er glassoorten ontwikkeld die vaak in historische sponningen geplaatst kunnen worden. Glassoorten die mogelijk toegepast kunnen worden bij het isoleren van historische vensters zijn gelaagd isolatieglas, dun dubbelglas of vacuümglas. Hieronder lichten we de opties nader toe. In het detailboek Een Warme Jas[1] worden een aantal oplossingen voor isolatieglas in houten vensters en stalen vensters getoond, respectievelijke detailbladen B4.06 en B4.20)
Er zijn veelal varianten die de uiterlijke eigenschappen van historisch glas zo veel mogelijk benaderen. Zogenoemd monumentenglas en restauratieglas zijn daar voorbeelden van. Met beide termen wordt kunstmatig vervormd glas bedoeld, dat daarmee lijkt op historisch mondgeblazen of getrokken glas. In de glasopstelling wordt dergelijk kunstmatig vervormd glas in het buitenste blad aangebracht of op het isolatieglas gelamineerd.
Gewichtstoename
Let bij het vervangen van isolatieglas op de toename van het gewicht. Het plaatsen van isolatieglas maakt het raam namelijk zwaarder. Het historische venster en het hang- en sluitwerk moet het extra gewicht aankunnen. Soms is het ook nodig om de contragewichten van schuiframen te verzwaren. Controleer dit goed voordat het glas vervangen wordt. In het detailboek Een Warme Jas[1] worden verschillende schuifraamoplossingen voor balansveren omschreven (zie het detailblad B4.09).
Gelaagd isolatieglas
Gelaagd isolatieglas is over het algemeen zo’n 6 tot 8 mm dik (afbeelding 15). Gelaagd isolatieglas bestaat uit twee glasbladen waartussen één of meerdere folies geplaatst zijn om de platen met elkaar te verbinden. Hierdoor lijkt gelaagd isolatieglas op enkelglas, maar dan (bijna) dubbel zo dik. Om die reden wordt gelaagd isolatieglas vaak ook “isolerend enkelglas” genoemd. Door de geringe dikte past het glas vaak in de sponning van historische houten vensters. In historische stalen vensters past dit glas bijna altijd.
Bij gelaagd isolatieglas bevat de binnenste glasplaat een low-e coating die de isolatiewaarde verbetert. Voor de buitenste glasplaat kan gekozen worden voor mondgeblazen of getrokken glas. Dit is het zogenaamde monumentenglas. Kijk bij de producent wat de opties zijn. Het oorspronkelijke (enkel)glas heeft een typische uitstraling die refereert aan een productiewijze van glas in een bepaalde periode. Door te kiezen voor monumentenglas kan deze uitstraling nagebootst worden. Verschillende producenten bieden meerdere historiserende opties aan om bepaalde bouwperiodes na te bootsen.
Dun dubbelglas
Dun dubbelglas heeft een dikte van 8 tot 12 mm, wat een stuk dikker is dan enkelglas (afbeelding 16). Dun dubbelglas lijkt op gewoon dubbelglas uit de nieuwbouw, maar dan een stuk minder dik. Daardoor past het vaker in historisch raamhout. Wel moet de sponning van houten vensters vaak dieper worden uitgefreesd om meer ruimte te creëren voor het glas.
Dun dubbelglas bestaat uit twee glasplaten die door afstandhouders aan de randen van elkaar gescheiden zijn. De ruimte tussen de glaslaten kan gevuld zijn met edelgassen zoals argon, krypton of xenon. Bijna al het dun dubbelglas heeft een warmtereflecterende metaallaag, een zogenoemde low-e coating. Dit verbetert de isolatiewaarde nog verder.
Voor de buitenste glasplaat kan gekozen worden voor zogenaamd monumentenglas (afbeelding 17). Net zoals bij gelaagd glas is dit een historiserende oplossing die mogelijk beter aansluit bij de uitstraling van het monument, waarbij de reflectie en vertekening refereert aan een productiewijze van glas in een bepaalde periode.
Tip: om de aluminium afstandhouder langs de glasranden minder opvallend te maken, is het mogelijk deze eenzelfde kleur te geven als het raamhout. Doe dit met name als dit de uitstraling van het monument daadwerkelijk ten goede komt. Een donker of zwart kader werkt namelijk energetisch het meest effectief.
Vacuümglas
Vacuümglas is een speciaal soort isolatieglas, welke slechts 6 tot 10 mm dik is (afbeelding 18). Het bestaat uit twee platen modern vlak glas die van elkaar gescheiden blijven met behulp van talrijke kleine afstandhoudertjes verdeeld over het glas. De spouw tussen de glasplaten bestaat uit een vacuüm. Vooral dit laatste maakt vacuümglas anders dan al het andere dubbelglas. Door het vacuüm is de isolatiewaarde erg hoog. Die wordt nog verder verbeterd door het gebruik van een low-e coating.
Door de geringe dikte past vacuümglas vaak in de sponning van historische vensters. Die moeten het gewicht van de dubbele glasplaat wel kunnen dragen.
Het standaard vacuümglas wordt met strak floatglas gemaakt. Door de vacuümspouw komt het glas op spanning te staan. Het is daarom niet mogelijk om oneffen monumentenglas direct in het vacuümglas te integreren. Wel is het mogelijk om een derde blad aan de buitenzijde te lamineren om het vacuümglas een historiserend uiterlijk te geven. Let op: gelamineerd vacuümglas is al snel net zo dik als dun dubbelglas, maar is door de derde glasplaat extra zwaar en kostbaar.
Integraal vervangen
Het integraal vervangen van het historische venster is in de meeste gevallen geen optie. Vervanging is enkel van toepassing wanneer de technische staat van het bestaande raam of kozijn dusdanig slecht is dat herstellen redelijkerwijs niet meer mogelijk is (afbeelding 19). Of in het geval dat het raam of kozijn van indifferente waarde is en/of integrale vervanging de beeldwaarde van het monument juist ten goede komt (afbeelding 20).
Integrale vervanging van vensters valt onder vernieuwing (reconstructie) en staat dan ook onderaan op de restauratielader. Afhankelijk van de condities van het venster in relatie tot de monumentale waarde kan onderscheid gemaakt worden tussen het kopiëren, imiteren of het verbeteren (aflopend in voorkeur). In alle gevallen luistert het ontwerp en de technische uitwerking erg nauw.
Kopiëren
Wanneer het venster (grotendeels) oorspronkelijk is en dateert uit de bouwtijd of een belangrijke historische bouwfase heeft het over het algemeen een hoge monumentale waarde. Dan is alleen een zeer slechte technische staat een reden om materiaal te vervangen. Hierbij is behoud van de historische detaillering het uitgangspunt en dient het historische venster gekopieerd te worden. Dit betekent dat aangetaste onderdelen exact nagemaakt dienen te worden, zonder verbetering of aanpassing.
Mogelijk kan het een overweging zijn om ten aanzien van historische stalen ramen toch te kiezen voor thermisch ontkoppelde stalen profielen. Hierbij dient de bestaande detaillering nauwkeurig benaderd te worden. In het detailboek Een Warme Jas[1] wordt hiervoor een oplossing getoond, zie detailblad B4.21.
Imiteren
Ramen die niet dateren uit de bouwtijd, maar in een latere bouwfase zijn toegevoegd of gewijzigd met historische waarde en tevens zijn uitgevoerd met een detaillering die aansluit op de betreffende bouwfase hebben over het algemeen positieve monumentale waarde. In dit geval moet een afweging gemaakt worden op basis van de ouderdom, technische staat, beeldwaarde en materialisering van het betreffende raam. Hierbij is het uitgangspunt dat het historische venster geïmiteerd wordt. Dit betekent dat het nieuwe raam zo veel mogelijk conform het bestaande raam uitgevoerd worden. Hierbij is het eerder denkbaar om een modernere techniek en/of andere materialen toe te passen, mits hier voldoende aanleiding toe is. Bijvoorbeeld bij stalen ramen is het denkbaar om thermisch ontkoppelde stalen profielen toe te passen welke de bestaande venters imiteren. In het detailboek Een Warme Jas[1] wordt hiervoor oplossing getoond, zie detailblad B4.21.
Verbeteren
Ramen die relatief recent zijn toegevoegd of vervangen in een ouder monument in een detaillering die niet aansluit op de architectuur van het monument hebben over het algemeen een indifferente waarde. In dit geval is vervanging met name denkbaar als de beeldwaarde van het monument verstoord is en/of de technische staat dusdanig verslechterd is. Hierbij is het uitgangspunt om het beeld en de detaillering te herstellen, zodat deze weer aansluit bij de waarde van het monument. In dit geval is er vaak meer ruimte om het detail verbeterd uit te voeren. De verbeteringsmogelijkheden zijn afhankelijk van de gevelplastiek (bijvoorbeeld neggediepte), hierbij is de buitenzijde veelal leidend. Ruimte voor aanpassingen is hoofdzakelijk aan de binnenzijde denkbaar. Voorbeelden van verbeteringsopties zijn:
- Kierdichting integreren in het detail;
- Sponning dieper uit te voeren i.v.m. isolatieglas;
- Raamhout dikker uitvoeren i.v.m. isolatieglas;
- Alternatieve detaillering of materialisatie van stalen profielen, zoals een thermische onderbreking;
- Glasplaatsing van binnenuit met glaslatten, waarbij de stopverf profilering wordt geïmiteerd in de profilering van het raamhout i.v.m. inbraakveiligheid.
Aandachtpunten vervanging
In de praktijk kan het zo zijn dat het raam (beweegbaar of niet-beweegbaar) als indifferent gewaardeerd wordt, terwijl het kozijn positief gewaardeerd wordt. In dat geval kan vervanging van het raam overwogen worden, maar is dit geen aanleiding om het gehele kozijn te vervangen. Het is ook niet duurzaam om een indifferent venster te vernieuwen als deze nog in goede staat is. Doe dit enkel wanneer het monument sterk verstoord wordt door het indifferente venster.
Er zijn een aantal onaanvaardbare aanpassingen bij integrale vernieuwing van vensters, die ook niet toegestaan zijn als verbetering. Veelal zijn dit wijzigingen die te sterk afwijken van het oorspronkelijk detail en de monumentale waarde van het historische venster. Pas bijvoorbeeld nooit KVT-detaillering toe. Dat betekent hoeken niet afronden, geen V-groeven bij aansluiting op horizontale en verticale onderdelen, geen glaslatten, geen ontwateringsopeningen en geen inhaakkozijnen. Draai- of kiepramen zijn veelal niet toegestaan. Kies daarnaast altijd voor dezelfde openingswijze als het historische venster. Plakroeden of Wiener Sprossen zijn in beginsel niet toegestaan. Maar ook vervanging door kunststof of aluminium varianten is ondenkbaar.
Probeer ten alle tijden zoveel mogelijk historische materiaal te hergebruiken, zoals bijzonder hang- en sluitwerk.
Ongewenste ingrepen
Dik isolatieglas zoals HR++ en HR+++ glas of complete raam vervanging is populair, omdat het sterk isoleert. Bij monumenten zal echter al gauw geconcludeerd moeten worden dat dergelijke ingrepen de monumentale waarde aantast. Behalve het in stand houden van het beeld van het monument, is het belangrijk om de historische materialen, constructiewijzen en detailleringen te behouden. Dik dubbelglas plaatsen in historische vensters of vervanging is dan ook van grote negatieve invloed op de historische karakteristiek van een monument. Een aantal ongewenste oplossingen zijn:
- Te veel freeswerk om de sponningen te vergroten, wat ten koste gaat van de profilering en/of het venster te zeer verzwakt;
- Te dikke roeden om het zwaardere glas te dragen, wat resulteert in een andere verhouding en een grove uitstraling die afbreuk doet aan de beeldwaarde van de gevel;
- Het vervangen van historische roeden door plakroeden, waardoor de historische constructieve functie van de roeden verloren gaat en het historische beeld wijzigt;
- Te sterk spiegelend of 'doods' isolatieglas, waardoor de karakteristieke en levendige weerspiegeling van het glasoppervlak verdwijnt en de beleving van het monument te sterk negatief beïnvloedt;
In het detailboek Een Warme Jas[1] worden een aantal ongewenste toepassingen van isolatieglas en renovatieoplossingen voor houten vensters getoond, zie de detailbladen B4.07 B4.18 en B4.19)
Kosten
Investeringen in oplossingen die het warmteverlies tegengaan zoals kieren dichten, luiken en gordijnen sluiten, het plaatsen van binnen- of buitenvoorzetbeglazing plaatsen, betalen zich over het algemeen sneller terug dan het plaatsen van isolatieglasglas.
Raamvervanging is het meest kostbaar. Alleen als de oude ramen zo slecht zijn dat vervanging noodzakelijk is, kan dit rendabel zijn. Oude ramen echter hebben technisch gezien een hogere materiaalwaarde en daarmee een langere levensduur dan nieuwe materialen. Vaak zijn eigenaars ervan overtuigd dat hun ramen verrot zijn, terwijl er in werkelijkheid veelal kan worden volstaan met kleine herstelwerkzaamheden. Complete vervanging is dan helemaal niet nodig. Goed onderhoud aan historische ramen is daarom lonend en duurzaam.
Ontwerp en uitvoering
Deze twee instructievideo's helpen bij het maken bij de keuze voor een ontwerp en bij de uitvoering daarvan:
Zie ook
ArtikelenHoort bij deze thema's Begrippenisolatie, raamisolatie, monumentenglas, binnenvoorzetramen, dubbel glas, roede (lengtemaat), luiken en hang- en sluitwerk
Specialist(en)Deze pagina is voor het laatst bewerkt op 22 aug 2024 om 11:09.