Arnhem - Jansplein 58
< Rijksmonumenten
Monumentnummer: 8330
Introductie
Postkantoor, rijk gedecoreerd ontwerp van Rijksbouwmeester C.H. Peters (gebouwd in 1888-1889 en uitbreidingen aan achterzijde in 1908), uitgevoerd in neogotische stijl (met sterke invloeden van noordelijke baksteengotiek (zgn. Hanzegotiek), rode bakstenen gevels met speklagen en accenten in groene geglazuurde baksteen, monumentale nissengeledingen in straatgevels en in kap forse, rijk uitgevoerde, gemetselde topgevels met doorgestoken pinakels en bij gevel Jansplein met opengewerkte trappen. profielsteen, glazuursteen en ornamentsteen in gevels van Fa. Dericks en Geldens, beeldhouwwerk en reliëfs boven ingang en rond brievenbus door E. Bourgonjon, rijk geornamenteerde smeedijzeren ankers door Fa. Burgers. Interieur met stergewelven tijdens verbouwingen in jaren 1960 verdwenen. schermtopgevels met opengewerkte trappen boven smalle kopgevels later deels verwijderd en versoberd.
Kenmerken
- Datering: 1888-1889, 1908 (uitbreiding)
- Architect: C.H. Peters
- Ornamentsteen: Fa. Dericks en Geldens
- Beeldhouwwerk: E. Bourgonjon
- Smeedwerk: Fa. Burgers
- Bouwstijl: neogotiek geïnspireerd op de Hanzegotiek
- Rijksmonument sinds: 2 februari 1968
Historische gegevens rijksmonumenten Arnhem
Onderstaande gegevens over dit rijksmonument zijn in 1995 door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) bij elkaar gezet. De opzet van de tekst volgt die van de MIP/MSP 1850-1940 rijksmonumentenregister systematiek. Deze systematiek was in die jaren in zwang. Het monument is echter al vóór die tijd beschermd. Vermoedelijk is het een vingeroefening geweest om oudere monumenten op een zelfde wijze in het register op te nemen. Dit is gedaan voor ca. 50 Arnhemse rijksmonumenten. In de meeste gevallen is de wijziging niet doorgevoerd in het register. De tekst geeft een korte geschiedenis, beschrijving en de monumentale waarden van het monument. Deze gegevens worden nu nog relevant geacht voor de kennisbank.
Heeft u aanvullingen of verbeteringen? U kunt op deze kennisbank reageren via het reactieformulier.
Geschiedenis
In 1883 werd het forse, monumentale huis van Baron van Verschuer aan de zuidzijde van het Jansplein te koop aangeboden. De op dat moment explosief groeiende gemeente had grote behoefte aan een ruim opgezet postkantoor, waardoor de Staat besloot het terrein van Verschuer aan te kopen voor de bouw van een nieuw postkantoor. Het ontwerp voor dit postkantoor werd, zoals op dat moment gebruikelijk, geleverd door de Rijksbouwmeester voor de postkantoren C.H. Peters. Het Arnhemse postkantoor behoort tot één van de fraaiste ontwerpen uit deze reeks en is zeer rijk gedecoreerd. Peters laat in dit ontwerp zijn grote voorliefde voor de Hanzegotiek van het Noorden zien in de behandeling en vormgeving van de gevels (baksteen met gebakken profielsteen en groen geglazuurde baksteen) en in de opzet van de topgevels (opengewerkte schermgevels met trappen en doorgestoken pinakels). In de eerste opzet, die begonnen werd in 1888 en een jaar later gereed kwam, bezat het gebouw een L-vormige plattegrond met een vleugel met een zeer brede, 15-assige, tweelaags gevel aan het Jansplein en een kortere vleugel hier haaks op met een representatieve gevel aan de Mariënburgstraat. In 1908 werd het geheel aan de achterzijde uitgebreid met vleugels in een veel strakkere vormgeving. Men voegde een tweelaags vleugel onder schilddak toe en een tweelaags uitbouw onder plat dak, beide tegen de achtergevel van de vleugel aan het Jansplein en een tweelaags vleugel met zadeldak en topgevel, haaks tegen de achtergevel van de korte vleugel aan de Marinburgstraat. Het gebouw bezat verder aan de zijde van de Marinburgstraat een rijk uitgevoerde bakstenen poortdoorgang met segmentboog en rijk versierde ezelsrugdekking, welke later evenals de bouwvallig geworden opengewerkte trappen van de schermgevels van de kopgevels werd gesloopt. Helaas verdwenen bij de moderniseringen in de jaren '60 tevens in de centrale ruimte het rijke stergewelf met hangende sluitstenen en andere interieuronderdelen.
De profielstenen, geglazuurde stenen en terracotta details (waaronder maskerons aan de toten en geestige aapjes op de schalken, plaquettes met de Nederlandse leeuw en met bladwerk versierde roosters) werden geleverd door de firma Dericks en Geldens, terwijl de beeldhouwer E. Bourgonjon terracotta reliëfs vervaardigde rond de klok en op een paneel boven de ingang aan de Jansplaats. Het fraaie smeedwerk van de sierankers werd geleverd door Burgers.
Omschrijving
Het gebouw uit 1888/89 bezit een L-vormige plattegrond en bestaat uit twee vleugels met twee hoge bouwlagen en een zadeldak, gedekt met leien in Maasdekking tussen gemetselde topgevels. De vleugel aan de Mariënburgstraat staat niet in dezelfde lijn als de zijgevel aan deze straat van de vleugel aan het Jansplein, maar maakt een knik. Deze vleugel bezit verder links achter een ondiepe uitbouw onder plat dak. De uitbreidingen uit 1908 bestaan uit een tweelaags rechthoekige vleugel met een met gesmoorde kruispannen gedekt schilddak welke rechts achter, haaks tegen de vleugel van het Jansplein aansluit, terwijl parallel aan de achtergevel van de Janspleinvleugel een iets lagere tweelaags uitbouw onder plat aansluit. Haaks op de achtergevel van de vleugel aan de Mariënburgstraat sluit een rechthoekige tweelaags vleugel aan met zadeldak met gesmoorde verbeterde Hollandse pannen en een gemetselde tuitgevel. In de oksel tussen deze vleugel en de vleugel aan de straat staat nog een kleine tweelaags uitbouw onder plat dak.
De beide vleugels uit 1888-'89 bezitten rijk gedecoreerde gevels met een bakstenen plint met trasraam, afgesloten door een hardstenen waterlijst en twee bouwlagen gemetseld in rode verblendsteen met speklagen in groen geglazuurde baksteen. De gevel aan het Jansplein bezit een geleding van onderling gekoppelde hoge segmentboognissen met geprofileerde dagkanten, welke over beide bouwlagen zijn doorgetrokken en deze gevel in 15 traveeën verdelen. In de eerste en twaalfde travee bevindt zich in de eerste bouwlaag een ingang in een segmentboognis met dagkanten en archivolten voorzien van kraalprofielen en getordeerde kraalprofielen, van elkaar gescheiden door holle profielen, geheel uitgevoerd in gebakken profielsteen. De dubbele geverniste blank houten paneeldeuren zijn geplaatst in een kozijn met hardstenen neuten en een kalf op geprofileerde hoekconsoles. Boven het kalf bevindt zich een segmentboog met boogtrommel met siermetselwerk. Boven deze boog bevindt zich het bovenlicht, bestaande uit een getrapt vijflicht (vijf in hoogte naar het midden oplopende gekoppelde segmentboogvenstertjes met glas-in-lood). Boven de nis van de beide deurpartijen bevindt zich een rechthoekig paneel met een verguld reliëf (gevleugeld wiel en posthoorn, omgeven door omkrullend bladwerk en vogels). De vijfde travee bezit onder een segmentboognis (ook weer met kraalprofiel en getordeerd kraalprofiel in boog en dagkanten) met brievenbussen en bovenin een ronde opening voor klok omgeven door bladwerk decoraties in reliëf (terracotta). De overige traveeën (en de tweede bouwlaag van de eerste, vijfde en twaalfde travee) bezitten in beide bouwlagen in de hoge segmentboognissen een venster met T-schuifraam afgesloten door een driepasboog. De toten van de driepasbogen zijn versierd met terracotta maskerons en de boogtrommels zijn gevuld met gele verblendsteen met daarin drie getrapt uitgevoerde, door zuiltjes van elkaar gescheiden ontluchtingsopeningen met in de openingen roosters met bladwerkversiering. In de boogzwikken van de driepasbogen van de vensters van de eerste bouwlaag bevinden zich rechthoekige panelen met daarop in reliëf de Nederlandse leeuw, verguld op een blauw veld. De geprofileerde muurdammen tussen de gevelnissen bezitten aan weerszijden verder een schalk, welke eindigt ter hoogte van de bovendorpel van de vensters van de eerste bouwlaag en daar afsluit met een beeldje van een aapje. De voorgevel is verder boven de zesde t/m achtste travee voorzien van een grote bakstenen schermtopgevel, met drie, door middel van gekoppelde segmentboogopeningen opengewerkte trappen en doorgestoken overhoeks geplaatste pinakels, met natuurstenen bekroningen met hogels. De trappen zijn afgedekt met ezelsruggen met een gebakken vorstkam (Franse lelies). De centrale pinakel wordt bekroond door een beeld (leeuw met schild). De topgevel bezit verder twee segmentboogvensters met kozijn met vast kalf en enkelruits schuifraam met 12-ruits bovenlicht.
Deze vensters worden aan de buitenzijde geflankeerd door twee gekoppelde en getrapt uitgevoerde segmentboognissen met deelzuiltje. Dezelfde soort nissen bevinden zich boven de vensters. De doorgestoken overhoekse pinakels zijn ook naar onderen toe tot aan de hoge segmentboognissen van de voorgevel doorgetrokken en rusten hier op kraagstenen met putto-kopjes. De trapgevel is van de gevel er onder gescheiden door een fries met panelen met opgewerkte vierpassen in profielsteen. De derde, elfde en veertiende travee worden bekroond door een kleine topgevel (vlaamse gevel) ook weer met opengewerkte trappen en doorgestoken pinakels. Deze topgeveltjes bezitten een segmentboogvenster met daarboven een oculus en zijtrappen met een segmentboogopening. Ook hier onder weer een fries van vierpaspanelen. De gevel sluit tussen deze topgevels af met een rondboogfries (met schelpdecoraties in terracotta in de boogvelden), dubbele uitkragende muizetandfriezen en een geschulpt uitgevoerde vlakke gootlijst. In de gevel verder een reeks met krullen versierde, smeedijzeren rozetankers. De kap bezit verder nog een aantal kleine dakkapellen met schilddakje met tweezijdig gesloten overstek en piron met rijk uitgevoerd smeedwerk op het nokeinde. De dakkapellen bezitten een 4-ruits draairaampje. vensters worden aan de buitenzijde geflankeerd door twee gekoppelde en
De korte zijgevel aan de Mariënburgstraat van deze hoofdvleugel bezit rechts een hoge segmentboognis, geflankeerd aan weerszijden door smalle hoge segmentboognissen. De nis bezit bovenin een blinde oculus met roosvenster (met achtpas, bestaande uit driepasboogjes) in gebakken profielsteen) met een vulling van gele verblendsteen en een achthoekig blauw geglazuurd veld met daarop een vergulde Nederlandse leeuw. Tegen het linker deel is een zich over twee bouwlagen uitstrekkende "hangende" erker geplaatst met drie sluitingszijden. De erker kraagt onder laagsgewijs uit de gevel uit met reeksen bloktandlijsten. Deze erker (oorspronkelijk voor een trap van de hier gesitueerde directeurswoning) bezit in de sluitingsvakken op de verdieping een smal segment-boogvenster met kraalprofiel in de dagkanten en glas-in-lood vulling. De sluitingszijden bezitten schalken op de hoeken en sluiten boven af met een bloktandlijst (met tanden met hol profiel en biljoenen op de strekkenlaag) en een muizetandlijst. Het lessenaarsdakje is gedekt met leien. De topgevel van deze gevel is versoberd en heeft thans de vorm van een tuitgevel met overhoekse doorgestoken pinakels. In deze topgevel een segmentboogvenster, geplaatst in een hoge nis afgesloten door gekoppelde segmentbogen met deelzuiltje, naar beneden doorgetrokken tot bovendorpel van het venster. Het venster wordt verder zoals bij de andere topgevels geflankeerd door klimmende segmentboognissen met deelzuiltje. Op de hals van deze topgevel bevindt zich een gesmeed rozetanker met in vergulde cijfers het jaartal 1888.
De voorgevel van de kortere vleugel, gelegen aan de Mariënburgstraat is symmetrisch van opzet met vijf traveeën, weer gevormd door hoge segmentboognissen als in de voorgevel aan het Jansplein. Hier bezitten deze nissen in beide bouwlagen een venster met T-schuifraam en driepasboog, als beschreven bij gevel aan jansplein. De middentravee wordt bekroond door een vlaamse gevel van het zelfde type als beschreven bij gevel aan Jansplein. Ook hier weer smeedijzeren sierankers, rondboog-friezen en muizetandlijsten ter afsluiting.
De linker zijgevel van deze vleugel is in beide bouwlagen blind uitgevoerd en bezit in de tweede bouwlaag siermetselwerk bestaande uit door de speklagen heengevlochten forse ruitvormen in groen geglazuurde baksteen. De topgevel hier is ook in het verleden ontdaan van haar opengewerkte trappen en is thans een tuitgevel met doorgestoken overhoekse pinakels. De topgevel bezit twee vensters en verder dezelfde soort nissengeleding als de andere topgevels. De ondiepe uitbouw tegen deze vleugel bezit aan deze zijde in de tweede bouwlaag drie, gekoppelde, door deelzuiltjes van elkaar gescheiden segmentboognissen met boogvelden met siermetselwerk en verder blinde segmentboognissen en segmentboogvensters. De daklijst sluit af met een vorstkam en heeft twee hoekpinakels.
De jongere delen uit 1908 op het binnenerf van het postkantoor zijn veel soberder van uitvoering en bezitten bakstenen, nauwelijks versierde gevels. Onder de daklijsten sluiten deze gevels af met een trapgewijs uitkragende segmentboogfries, waarop de bakgoten rusten. De vleugels bezitten segmentboogvensters. De vleugel welke haaks aansluit op de Janspleinvleugel heeft verder bij deze vensters hoge getoogde 3-ruits bovenlichten, de vensters van de overige delen bezitten rechthoekige kozijnen en bakstenen boogtrommels. De vleugel welke parallel aan de achtergevel van de Janspleinvleugel is geplaatst bezit onder (later dicht gezette) grote openingen met segmentbogen in rode verblendsteen. De openingen zijn van elkaar gescheiden door dammen met steunberen.
De topgevel van de haaks op de achtergevel van de vleugel aan de Mariënburgstaat gebouwde vleugel bestaat uit een combinatie van een tuitgevel en trapgevel met ezelsrugdekking in rode verblendsteen.
Waardering
Dit postkantoor behoort tot de fraaiste voorbeelden uit C.H. Peters omvangrijke oeuvre. Het is een zeer goed voorbeeld van een "Rijksgebouw" uit de eerste reeks van postkantoren, welke gebouwd zijn sinds Peters door De Stuers werd aangesteld als Rijksbouwmeester voor de posterijen. Deze eerste periode van Peters wordt gekenmerkt door rijk uitgevoerde ontwerpen, waarin zijn voorliefde voor een monumentale Hanzegotiek duidelijk naar voren komen. De monumentale gevel aan het Jansplein is voorts van groot belang voor het stadsbeeld.
Zie ook
ArtikelenHoort bij deze thema'sMeer informatie Meer over het monumentenregister en het rechtsgevolg van de aanwijzing tot rijksmonument is te vinden op cultureelerfgoed.nl/monumenten.
Meer over de omvang en reikwijdte van de bescherming van specifiek dit monument is te vinden in Monumenten - Rijksmonumentenregister en de leeswijzer.Deze pagina is voor het laatst bewerkt op 19 jul 2024 om 02:01.