Aanmelden
Ga direct naar de inhoud
Ga direct naar het menu
Kennisbank
Thema's
Artikelen
Monumenten
Lezen
Formulier bekijken
Geschiedenis weergeven
Pagina exporteren
Artikel bewerken: Micromorfologie
U hebt geen toestemming om deze pagina te bewerken, want:
De gevraagde handeling is voorbehouden aan gebruikers in een van de volgende groepen:
gebruikers
,
beheerders
.
U hebt geen rechten om de gevraagde handeling te verrichten.
Elementtype
Artikel
Status
*
Publiceren
Ter redactie
In bewerking
Niet publiceren
Voorkeurslabel
*
Artikelsoort
Afbeelding
Behoud en beheer
Collectie
Lijst van ... artikelen
Locatie
Materiaal
Methoden en technieken
Object
Overig
Persoon
Proces
Standpunt
Wetten en regelingen
Introductie
Bodemmicromorfologisch onderzoek richt zich op de microscopische analyse van bodem- en sedimentmonsters om uitspraken te kunnen doen over landschapsgenese, bodemvorming, bewonings- geschiedenis, landgebruik en de kwaliteit van het bodemarchief. <h3>In het kort</h3> <div class="kader"><strong>Doel</strong>: het bestuderen en bewaren van bodem- en sediment-monsters in de vorm van slijpplaten.<br/><strong>Bruikbaar voor</strong>: landschapsreconstructies, bodemvormings- reconstructie, bewoningsgeschiedenisreconstructie, landgebruik-interpretatie (waaronder akkerbouw), indicaties voor ambachtelijke activiteiten, kwaliteitsbepaling bodemarchief.<br/><strong>Nodig</strong>: door specialist geplaatste monsterblikken.</div>
Omschrijving
Aan de hand van slijpplaten van bodemmonsters kan worden bepaald wat voor (soort) menselijke activiteiten en natuurlijke processen hebben plaatsgevonden en in welke volgorde. Er kan bijvoorbeeld worden vastgesteld hoe een kuil of greppel opgevuld is geraakt, of er akkerbouw heeft plaatsgevonden, wat voor brandstof gebruikt werd in vuren, of een bodemlaag is doorgraven, verspoeld of opgebracht is en hoe leemvloeren werden gebruikt en onderhouden. Omdat de geïmpregneerde bodemmonsters en slijpplaten behouden kunnen blijven, is het mogelijk dit onderzoeksmateriaal voor later te bewaren, waar normaal gezien een bodemlaag door archeologen wordt vernietigd. ==Kansen en beperkingen== Micromorfologisch onderzoek biedt een goede mogelijkheid om op zeer gedetailleerde wijze naar de bodem te kijken en daaruit de interactie tussen menselijke activiteiten en natuurlijke processen af te leiden. In landschaps-georiënteerd onderzoek gaat het in de regel om sedimentatieprocessen, bodemvorming en off-site menselijke activiteiten (inclusief akkerbouw). Binnen een nederzetting (ook in bijvoorbeeld een stedelijke opgraving) kan onderzoek gedaan worden naar ruimtegebruik (binnen en buiten gebouwen), ambachtelijke activiteiten en taphonomische processen. Er zijn verschillende beperkende factoren in de toepassing van micromorfologie in de archeologie. Het aantal specialisten en de lab-capaciteit in binnen- en buitenland is beperkt. Het vervaardigen van slijpplaten (impregneren en slijpen) kost tijd, het impregneren zelfs enkele maanden. Impregneermethodes gehanteerd door buitenlandse labs zijn veelal niet geschikt voor Nederlandse monsters. De tijd die nodig is om goede slijpplaten te maken is dus de belangrijkste beperkende factor. Omdat de kosten van micromorfologisch onderzoek vooral zitten in het slijpen en bestuderen (en niet in het impregneren) is het aan te raden om alle micromorfologiemonsters zo snel mogelijk te laten impregneren, en niet het evaluatie-/selectierapport af te wachten. De praktijk leert dat na het evaluatie-/selectierapport er vaak te weinig tijd is om voor de tweejaars termijn nog slijpplaten te laten maken en bestuderen. Maar er is in de regel wel tijd om van de geselecteerde geïmpregneerde monsters slijpplaten te maken en die te bestuderen. Juist omdat geïmpregneerde monsters en slijpplaten een waardevolle bron zijn voor eventueel later onderzoek is het van belang dat ze worden gedeponeerd samen met het vondstmateriaal en de documentatie. Mocht de micromorfologisch specialist slijpplaten willen houden als studiemateriaal dan is dat te regelen met een bruikleenovereenkomst tussen depot en specialist. ==Hoe neem je een monster== * Selectieve bemonstering: afhankelijk van de vraagstelling en de eigenschappen van de te bemonsteren lagen en sporen. * Monsters dienen altijd door een specialist genomen te worden. * Monsters moeten ongestoord zijn, d.w.z. dat de bodemstructuur onveranderd moet blijven. * Monsters worden bij voorkeur genomen in aluminium bakjes van tenminste 6 x 8 cm (zg. Kubiena-bakjes). In de praktijk worden ook vaak monolietmonsters (“pollenbakken”) genomen waaruit in het lab kleinere monsters worden genomen. Het gebruik van monsters (en dus slijpplaten) smaller dan 6 cm wordt afgeraden, en is niet volgens de BRL4000/OS11. * Na monstername moeten de monsters in plastic worden verpakt (ziplockzakje of folie) om uitdrogen en aantasting te voorkomen. Tijdelijke opslag in een koelkast. Onbehandelde monsters kunnen niet lang bewaard worden. ==Combineren met andere methoden== Micromorfologisch onderzoek kan uitstekend gecombineerd worden met diatomeeën-fytolieten- of pollenonderzoek. Samen resulteren zij in een gedetailleerde landschapsreconstructie, waarbij micromofologisch onderzoek ook op hele kleine schaal verschillen vast kan stellen. De geïmpregneerde monsters kunnen ook gebruikte worden voor onderzoek met aanvullende technieken als SEM-EDX (electronen-microscopie met chemische analyses) en microCT scanning (3D karakterisatie van de structuur). ==Hoe interpreteer je de resultaten== De monstername en de analyse vragen een zorgvuldige benadering waarbij er sprake kan zijn van centimeterwerk. Resultaten van micromorfologisch onderzoek zullen altijd worden weergegeven in een rapport omdat de data geïnterpreteerd moeten worden door de specialist. Over het algemeen zal een dergelijk onderzoek dan ook opgenomen worden als apart hoofdstuk in een rapport of monografie. ==Resultaten delen== Alle onderzoeksresultaten, verkregen bij de specialist, dienen als primaire data in de basisrapportage te worden weergegeven, eventueel in een bijlage. De methode van monstername, de hoeveelheid monsters en eventuele overwegingen/aanpassingen zijn van belang voor vervolgonderzoek, maar ook voor de vergelijking met het onderzoek op andere sites. ==Lees verder== * Huisman, D.J., et al, 2012: Micromorphological study of Early Neolithic (LBK) soil features in the Netherlands, Journal of Archaeology in the Low Countries 5 (1), 107-133. * Huisman, H., 2015: Terplagen en verbrande mest onder de loep: micromorfologisch onderzoekop een terpflank, In: Graven aan de voet van de Achlumerdorpsterp, 69-81. {{Auteur |tekst=Tekst: Yvonne Lammers }}
Afbeelding uploaden
Bestand uploaden
Stappen om een afbeelding te plaatsen:
upload
een afbeelding via "Bestand uploaden" hierboven ⇑
Let op: verklein je foto tot max 2000px breed (liggend), 1600px hoog (staand) en max 1MB!
kopieer de Afbeelding code
en plak die in Afbeelding plaatsen hieronder ⇓
pas de code aan
:
BESTANDSNAAM
,
BIJSCHRIFT
en
BESCHRIJVING' ' (Alt-tekst)
Herhaal dit voor elke afbeelding.
[[Bestand: BESTANDSNAAM|400px|rechts|thumb|BIJSCHRIFT|alt=BESCHRIJVING]]
Afbeelding plaatsen
[[Bestand:Voorbeeld van een slijpplaat uit een archeologische context.jpg|400px|rechts|thumb|Voorbeeld van een slijpplaat uit een archeologische context: Vloerniveaus met insluitsels van as in de terp van Hegebentum|alt=Voorbeeld van een slijpplaat uit een archeologische context]] [[Bestand:Polarisatiemicroscoop met digitale camera.jpg|400px|rechts|thumb|Polarisatiemicroscoop met digitale camera gebruikt voor micromorfologisch onderzoek in het Rijkserfgoedlab bij de RCE in Amersfoort - foto: H. Huisman|alt=Polarisatiemicroscoop met digitale camera gebruikt voor micromorfologisch onderzoek in het Rijkserfgoedlab bij de RCE in Amersfoort - foto: H. Huisman]] [[Bestand:Micromorfologie monsterbak.jpg|400px|rechts|thumb|Micromorfologie monsterbak - foto H. Huisman|alt=Micromorfologie monsterbak - foto H. Huisman]]
Gerelateerde
artikelen
OSL-datering
Organisch residu-analyse (aankoeksels)
XRF-onderzoek
Lid van
thema's
Archeologie (Thema/Archeologie)
Natuurwetenschappelijke archeologische onderzoekstechnieken (Thema/Natuurwetenschappelijke archeologische onderzoekstechnieken)
Trefwoorden
Begrippen
Begrip uit de RCE thesaurus
Specialisten
Bjørn Smit (Bjorn Smit)
Hans Huisman
Kleine bewerking
Opslaan
Wijzigingen bekijken
Annuleren