Ootmarsum - Bij Almelosestraat 65 - Joodse begraafplaats

< Rijksmonumenten

(31770) monumentenregisterMonumentnummer: 31770

Introductie

De Israëlitische begraafplaats, gelegen op de Kuiperberg nabij Ootmarsum.

Verschillende staande grafmonumenten, gezien van de achterkant met rondom gras, bomen en op de achtergrond een grote toren.
Zicht op een aantal stèles op de begraafplaats met op de achtergrond de ingang en daarbuiten de watertoren van Ootmarsum.
Een groene omgeving met veel bomen en door het hele beeld een houten hekwerk.
De begraafplaats eind 2023 na het herstel van het hekwerk door Landschap Overijssel.

Kenmerken

  • Datering: 1786
  • Architect: Onbekend
  • Rijksmonument sinds: 10 juli 1973

Historie

Eind 17de eeuw schijnt er in Ootmarsum al een Joodse slager te zijn geweest. Dat is bekend omdat aan deze Hertog opgelegd werd dat hij niet in vlees mocht handelen, aangezien dit nadelig kon zijn voor het lokale slagersgilde. In de 18de eeuw kwamen er meer Joden naar Ootmarsum. De plaats had in 1300 stadsrechten gekregen en was een belangrijke plaats op de handelsweg tussen Holland en Duitsland. In 1786 konden de Joden een eigen begraafplaats aanleggen ten westen van het stadje, hoog gelegen op de Kuiperberg. Rondom werd een lage wal aangebracht, mogelijk verder afgezet met hakhout. De ingang lag toen aan de zuidzijde van de begraafplaats. Halverwege de 19de eeuw was de Joodse gemeente van Ootmarsum flink gegroeid en was een uitbreiding van de begraafplaats nodig. Deze kwam noordelijk van het oorspronkelijk deel te liggen. De wal werd hier doorgetrokken, wederom met hakhout van eiken. Toen is tevens de toegang verplaatst naar de noordkant.

In de tweede helft van de 19de eeuw liep het aantal Joden in Ootmarsum snel terug, met name omdat de industriële ontwikkeling in Twente aan Ootmarsum voorbijging en de handel zich door de komst van spoor- en waterwegen naar elders had verplaatst.

Een grote Joodse werkgever in Ootmarsum was sinds 1813 de Twentse Damast-, Linnen en Katoenfabriek van Bendien. De fabriek kwam in 1944 in handen van Ten Cate en draaide door na de oorlog. In 1995 werd de fabriek gesloten. Op de begraafplaats van Ootmarsum vindt men geen graven van de Bendiens. Ze werden namelijk begraven in Almelo.

In 1926 werd naast de begraafplaats een zogenaamde oriënteertafel onthuld door de ANWB. Destijds kon men vanaf dit punt grote delen van Twente zien liggen, maar in de loop der jaren is dat door bomengroei grotendeels onmogelijk geworden.

In 1924 werd de Joodse gemeente bij die van Oldenzaal gevoegd. In 1928 vond, naar later bleek, de laatste begrafenis plaats op de begraafplaats. Rond die tijd was de begraafplaats omgeven met enkele steenbakkerijen die grote delen van de Kuiperberg afgroeven voor klei. Met die reden werd in 1932 waarschijnlijk een stuk grond nabij de begraafplaats geruild. In 1935 werd direct naast de begraafplaats een watertoren gebouwd. De synagoge van Ootmarsum werd al in 1936 gesloopt.

Door de uitbreiding en mogelijk ook door het ruilen van percelen heeft de begraafplaats een wat vreemde vorm gekregen. Dat is een L-vorm ter grootte van 1.120 m2, begroeid met allerlei bomen die hier waarschijnlijk later gegroeid zijn. In 1954 bleek dat het oudste, zuidelijke gedeelte feitelijk nog in eigendom was bij de gemeente Ootmarsum, als algemene begraafplaats. Bij de overdracht van het beheer van de begraafplaats aan Landschap Overijssel heeft de gemeente hier afstand van gedaan.

Rijksmonument

De Joodse begraafplaats van Ootmarsum werd in 1973 aangewezen als rijksmonument. De begraafplaats was in de Monumenten van Geschiedenis en Kunst, Twente”' uit 1971 opgenomen als het kerkhof der Israelietische gemeente van Ootmarsum. Om die reden zal de begraafplaats destijds aangewezen zijn. In 1982 werd de afrastering van de begraafplaats aangepast en de smeedijzeren hekken tussen een eikenbalken poort gehangen. Later zijn ook de grafmonumenten schoongemaakt en gezwart. Dit alles is zonder medeweten van de toenmalige Rijksdienst voor de Monumentenzorg uitgevoerd.

Huidige situatie

Nabij de watertoren ligt een ruime parkeerplaats met nabij ook de ingang tot de Joodse begraafplaats, bestaande uit een houten poort met daartussen een dubbel smeedijzeren hekwerk. Lange tijd stond rondom een gazen hekwerk, maar dat is inmiddels vervangen door een meer passend lattenhekwerk. Ook zijn in 2023 verschillende bomen en opslag weggehaald, alles in overleg met Landschap Overijssel dat sinds 1954 het beheer heeft over de begraafplaats.

Op de begraafplaats zijn nog 21 stèles te vinden, 6 op het oude deel en 15 op de uitbreiding. Tussen de stèles zijn fraaie exemplaren te vinden in zandsteen met een Nederlandse tekst in een cursief schrift. Opvallend is dat veel stèles zogenaamd geschouderd zijn. Dat wil zeggen dat ze een vormgeving hebben waarbij op ‘schouderhoogte’ de stenen versmallen en eindigen in een boogvorm. De oudste steen is daar een voorbeeld van, met een Hebreeuws schrift en een schenkkan in de top. Deze steen is voor Jozeph Brogholter, overleden in 1814. De jongste steen is voor de koopman Hartog Hedeman, overleden in 1928. Deze toont een klassieke vormgeving in hardsteen uitgevoerd met in de top een palmtak. De tekst is gedeeltelijk Hebreeuws, gedeeltelijk Nederlands.

Of er ooit sprake is geweest van een metaheerhuisje is onbekend.


Deze pagina is tot stand gekomen in samenwerking met stichting Dodenakkers.

Bronnen en verwijzingen

Zie ook

ArtikelenHoort bij deze thema's Specialist(en)

Meer informatie
Meer over het monumentenregister en de pagina's in deze kennisbank is te vinden in Monumenten - Rijksmonumentenregister.
Meer over wat er is beschermd is te vinden in de leeswijzer.

Vragen, verbeteringen of opmerkingen?
U kunt op deze kennisbank reageren via het reactieformulier.

Deze pagina is voor het laatst bewerkt op 4 apr 2024 om 03:01.