Brunssum - Kerkstraat 135 - St. Gregoriuskerk

< Rijksmonumenten

(532214) monumentenregisterMonumentnummer: 532214

Introductie

Kerk H. Gregorius de Grote met doopkapel, klokkentoren en aanleg met hoofdpartij, zijtrappartij, erfafscheiding en bloembakken.

modern kerkgebouw aan een doorgaande weg
De kerk vanuit het oosten. Foto: beeldbank RCE, J.P. de Koning, 2001 CC BY-SA 3.0
modern kerkgebouw met vrijstaande toren
Zijgevel en vrijstaande toren uit het zuiden. Foto: beeldbank RCE, Sergé Technau, 2012, CC BY-SA 3.0
modern kerkinterieur met roosvensters
Interieur met zicht op het koor. Foto: beeldbank RCE, Sergé Technau, 2012 CC BY-SA 3.0
doopkapel in een modern kerkgebouw met glas-in-lood
Interieur van de doopkapel, naar het noordwesten. Foto: beeldbank RCE, Sergé Technau, 2012CC BY-SA 3.0

Kenmerken

  • Datering: 1959-1963
  • Architect: G. Böhm
  • Bouwstijl: postmodernisme, expressionisme
  • Rijksmonument sinds: 6 februari 2015

De huidige kerk verving de wegens mijnschade afgebroken neoromaanse kerk uit 1919, die schuin tegenover lag. De kerk werd gebouwd volgens een prijsvraagontwerp waaraan diverse architecten meedongen. De bekende Duitse architect Gottfried Böhm (1920-2021), die tientallen rooms-katholieke kerken in het Duitse Rijnland ontwierp, kreeg de opdracht. De aan paus Gregorius de Grote (ca. 540-604) toegewijde kerk is de enige Nederlandse kerk van Gottfried Böhm. Het voor een groot deel uit beton opgetrokken gebouw met vrijstaande toren moest bestand zijn tegen toekomstige mijnschade. De rechthoekige kerkzaal ligt op een etage en met het altaar naar het zuidoosten. Aan de noordwestzijde, op de lengteas, bevindt zich een semi-vrijstaande doopkapel op een betonnen kolom.

Geschiedenis

Aanleiding voor de bouw was de aanwezige en toekomstige schade aan de bestaande kerk als gevolg van de staatsmijnbouw. De mijnbouw heeft een belangrijke rol gespeeld in de geschiedenis van Brunssum. De aanleiding voor de bouw van de kerk en de financiering zijn een belangrijke herinnering aan de mijnbouw.

Omschrijving

Stedenbouwkundige situering

De Gregoriuskerk is gebouwd in een helling aan de rand van het centrum van Brunssum. Voor de kerk strekt zich een groot plein uit. De lage toren van de Mariakapel en de klokkentoren staan in de zichtassen van twee straten die zich voor de kerk kruisen.

Archeologische relevantie ondergrond

De kerk staat in een gebied met hoge archeologische verwachtingswaarde. In het midden van de 12de eeuw wordt al melding gemaakt van een Gregoriuskerk te Brunssum bestaande uit een middenschip, een zijbeuk en een koor. In 1667 werd het koor vernieuwd en in 1698 werd een toren gebouwd. Deze kerk werd in 1840 afgebroken. Architect Dominic Ritzen uit Heerlen ontwierp een classicistisch kerkje, dat in 1920 tot gemeenschapshuis ‘Unitas’ werd verbouwd. Dit bouwwerk is inmiddels ook afgebroken. Schuin tegenover de kerk van 1840 werd tussen 1917 en 1919 onder architectuur van architect Jozef Tonnaer uit Den Haag een neo-romaanse kruisbasiliek gebouwd. Weldra manifesteerde zich ernstige mijnschade.

Exterieur

Het entreeportaal is gelegen aan de linkerzijde van de kerk als verlenging van de plint in de voorgevel. Het portaal met rechthoekige plattegrond bestaat uit een bouwlaag en wordt afgesloten door een plat dak. De voorgevel is opgetrokken in beton met daarin de hoofdingang. De hoofdingang, bestaande uit een dubbele houten cassettedeur met bronzen deurgrepen in de vorm van een vis, is aan de buitenzijde toegankelijk via een betonnen trappartij. De achtergevel bestaat grotendeels uit glas met een dubbele glazen deur met dezelfde bronzen grepen. Deze deur geeft toegang tot het buitenterras. Aan de linkerzijde geeft het entreeportaal toegang tot de Mariakapel. Aan de rechterzijde bevindt zich de toegang tot de kerkzaal bestaande uit een glazen wand met een dubbele glazen deur met daarachter een trappartij naar de verhoogd gelegen kerkzaal.

De Mariakapel is gelegen aan de linkerzijde van het entreeportaal. De kapel met vierkante plattegrond bestaat uit een bouwlaag afgesloten door een vierzijdige torenspits bekroond door een kruis met kroontje. De gevels zijn, evenals de torenspits, opgetrokken in beton. In de zijgevel een bescheiden halfronde, vooruitspringende, staande raamopening voorzien van glas-in-lood. In de achtergevel een bescheiden, teruggelegen vierkante raamopening.

De kerkzaal met rechthoekige plattegrond bestaat uit een bouwlaag afgesloten door een plat dak. De voorgevel bestaat uit een betonnen plint met daarboven een rechthoekige, liggende raampartij voorzien van glas-in-loodramen achter een betonnen inkadering (frame). De inkadering bestaat uit een latei ondersteund door betonnen zuilen. De plint loopt door aan de overige zijden voor zover er geen helling aanwezig is. Het fungeert daarmee als een horizontaal plateau ter compensatie van het hellende vlak waarop de kerk gebouwd is en markeert de begrenzing van het religieus complex. De overige gevels zijn opgetrokken in baksteen in kruisverband met aan de bovenzijde een fries van verticaal metselwerk in halfsteens verband. In deze gevels 62 regelmatig verdeelde achthoekige raamopeningen gevuld met glas-in-loodramen. In de rechterzijgevel een zijentree met betonnen trappartij. Deze springt naar voren uit en is opgebouwd uit beton en glas afgesloten door een geknikte luifel.

De apsis is gelegen centraal in de achtergevel van de zaal. De halfronde gevel bestaat uit zeven gekoppelde glas-in-loodramen met betonnen plint en afsluiting, afgesloten door een plat dak.

De doopkapel is centraal gelegen voor de voorgevel van de kerkzaal en daarmee verbonden via een verbindingslid, verhoogd geplaatst op een betonnen pijler. De doopkapel met cirkelvormige plattegrond bestaat uit een bouwlaag en wordt afgesloten met een ronde torenspits. De betonnen cirkelvormige gevel is opgebouwd uit een grove betonnen tandlijst aan de boven en onderzijde waarvan de tanden met elkaar gekoppeld worden door achthoekige zuilen. Aan de binnenzijde bevinden zich gekoppelde glas-in-loodramen.

De dagkapel is gelegen in de helling, uiterst links tegen de linker zijgevel van de kerkzaal. De dagkapel met rechthoekige plattegrond bestaat uit twee bouwlagen, afgesloten met een plat dak. De gevels zijn opgetrokken in beton met op de verdieping aan de linker en rechterzijde een grote identieke raampartij met glas-in-lood met aan de buitenzijde meerzijdige betonnen zuilen. De functionele ruimten onder de dagkapel geven onder meer toegang tot de straat en het buitenterras.

De sacristie met een rechthoekige plattegrond bestaande uit een bouwlaag met plat dak, bevindt zich rechts tegen de rechter zijgevel. De bakstenen gevels zijn voorzien van meerdere raamopeningen. De vrijstaande klokkentoren met vierkante plattegrond is 45 meter hoog en wordt afgesloten door een vierzijdige betonnen torenspits, bekroond door een bol met weerhaan. De toren is ongeleed en vervaardigd uit (kiezel)beton Boven in de gevels van de toren bevinden zich aan vier zijden kleine, regelmatig verdeelde, vierkante galmgaten.De terreinaanleg bestaat uit een buitenterras, hoofdtrap, zijtrap, grasveld en erfafscheiding. De rechthoekige buitenruimte wordt begrensd door een stenen muur, bestraat met stoeptegels met daarin regelmatig verdeelde vierkante betonnen bloembakken.

Interieur: indeling

Het entreeportaal is een rechthoekige ruimte met plafond dat functioneert als verkeersruimte naar de Mariakapel (links), het buitenterras (rechtdoor) en de trap naar de kerkzaal (rechts). Tussen portaal en trap naar de kerkzaal bevindt zich een glazen pui met tochtdeur voorzien van bronzen grepen in de vorm van een vis. De ruimte heeft een wit, vlak gestukadoord plafond.

De Mariakapel is een vierkante ruimte zonder plafond waardoor de onafgewerkte binnenwanden van de betonnen vierzijdige torenspits zichtbaar zijn. Via de trap komt men in de hoog gelegen kerkzaal. bovenaan de trap bevindt zich een hardstenen wijwaterbekken. De kerkzaal is een hoge rechthoekige ruimte. In het verlengde van de trap bevindt zich de betonnen zangtribune, die bereikbaar is via een spiltrap. Op de zangtribune bevindt zicht het orgel.

Links voor de zangtribune ligt de kerkzaal, rechts achter de zangtribune bevindt zich de doopkapel. In de kerkzaal staan 18 rechthoekige betonnen pijlers met daarop een hoekig golvend plafond wit geschilderd.

De drie strakke antracietkleurige bankenblokken van staal en hout (?) staan binnen deze ‘zaal in zaal’ en hebben onbelemmerd zicht op het priesterkoor. Aan weerszijden van de ‘zaal in zaal’ gangen voor processies en betonnen biechtstoelen. Het priesterkoor verheft zich vier treden boven het niveau van de kerkvloer. Centraal op het priesterkoor bevindt zich een in wit beton uitgevoerd baldakijn, waarvan de wit marmeren vloer doorloopt in de absis, bestaande uit zestien achthoekige pijlers met overkapping. In het baldakijn bevindt zich het vieringaltaar.

De apsis is een halfronde ruimte met een vlak plafond, wanden van glas-in-loodramen en een wit marmeren vloer, centraal gelegen in het verlengde van het priesterkoor in de kerkzaal. De ruimte is toegankelijk via twee treden. Centraal in de apsis bevindt zich de sacramentstoren.

De doopkapel is een cirkelvormige ruimte zonder plafond waardoor de onafgewerkte binnenwand van de ronde betonnen torenspits zichtbaar is. De wanden zijn van glas-in-lood. Centraal in de ruimte bevindt zich het doopvont.

De dagkapel is een rechthoekige ruimte met een vlak gestuukt plafond waarvan twee wanden worden gevormd door glas-in-loodramen, een wand in schoon metselwerk van bruinrode baksteen en een open wand richting kerkzaal bestaande uit dubbele pijlers en een vouwwand. In de ruimte staan drie bankenblokken, axiaal opgesteld naar het zijaltaar. Onder de dagkapel bevindt zich een tweede bouwlaag, opgedeeld in meerdere functionele ruimte. Het interieur van de sacristie is opgedeeld in meerdere ruimten ten behoeve van de functie van sacristie.

Interieur: techniek en materialen

De vloeren bestaan uit een grootformaat rode plavuizen, zogenaamde ’Tonhohlplatten’. De wanden van kerk en toren zijn uitgevoerd zijn in schoon metselwerk. Het plafond van de kerkzaal is van schaalbeton.

Aankleding en inventaris

Kunstwerken/orgels/gedenktekens/meubels die onderdeel zijn van het monument:

  1. Deurgrepen, brons. Locatie: entreeportaal: dubbele houten deuren hoofdingang, dubbele glasdeuren richting trap, dubbele glasdeuren richting terras. Voorstelling: Vis. Datering: 1963
  2. Gedenksteen, hardsteen. Locatie: entreeportaal, links van de trap naar kerkzaal. Datering: 2002
  3. Ramen, glas-in-lood: opaalglas, lood. Locatie: Mariakapel. Kunstenaar Gottfried Böhm (ontwerp), H. Felix (uitvoering). Voorstelling: vrije compositie, Non figuratief, decoratief. Datering: ca 1963
  4. Ramen, glas-in-lood: structuurglas. Locatie: (in/aan het beschermde monument): Twee gevels dagkapel, gevels doopkapel en voorgevel kerkzaal. Kunstenaar: Gottfried Böhm (ontwerp), H. Felix (uitvoering). Voorstelling: Ornament, Non figuratief, decoratief. Datering: ca. 1963
  5. Ramen, glas-in-lood: opaalglas. Locatie: (in/aan het beschermde monument) 62 ramen in drie gevels kerkzaal. Kunstenaar Gottfried Böhm (ontwerp), H. Felix (uitvoering). Voorstelling: non figuratief. Datering: ca 1963. Afmetingen: achthoekig, 1,80m (j. poels)
  6. Ramen apsis, glas-in-lood. Locatie: (in/aan het beschermde monument) Apsis. Kunstenaar: Gottfried Böhm (ontwerp), H. Felix (uitvoering). Voorstelling: druiventrossen. Datering ca. 1963
  7. Orgel. Locatie: (in/aan het beschermde monument): kerkzaal, sinds 1962, afkomstig uit voorganger huidige kerk. Kunstenaar: Gebr. Müller (Reifferscheid, D); Fa Verschueren Heythuysen. Datering 1857, gewijzigd 1955
  8. Wijwaterbak, hardsteen. Locatie (in/aan het beschermde monument): kerkzaal, bovenaan trap. Kunstenaar R van Dawen. Voorstelling Vierkante onderbouw die overgaat in een achthoek met daarop een achthoekig witmarmeren bekken. Datering 1963
  9. Verlichting, glas, textiel. Locatie (in/aan het beschermde monument) kerkzaal. Voorstelling: verticale snoeren waaraan op regelmatige afstand bolvormige lichtkappen met aan het eind een tulpvorm. Datering 1963
  10. Lamp, glas, staal. Locatie (in/aan het beschermde monument): doopkapel. Voorstelling: achtarmige kroonluchter bestaande uit een stalen frame met aan de uiteinden glazen lichtkappen van melkglas. Datering 1963
  11. Bankenplan, staal en hout(?). Locatie (in/aan het beschermde monument): dagkapel. Kunstenaar Gottfried Böhm. Datering 1963
  12. Baldakijn/ offeraltaar, beton, marmer. Locatie (in/aan het beschermde monument): kerkzaal. Kunstenaar Gottfried Böhm. Datering 1963
  13. Sacramentsaltaar, lasa venato (wit marmer). Locatie (in/aan het beschermde monument): apsis. Kunstenaar: Gottfried Bohm. Voorstelling: ronde voet met daarop een vierkante opbouw waarin zich het tabernakel bevindt. De opbouw loopt over in een tentdak. Datering: ca. 1963
  14. Doopvont, hardsteen, koper. Locatie (in/aan het beschermde monument): doopkapel. Vierkante voet, achtzijdige bovenbouw in twee geledingen, die overgaat in een ronde stam waaromheen een krans; de ronde kuip heeft een achtzijdige rand waaraan vier consoles, bolvormig geprofileerde deksel met bol en kruis. Datering ca. 1500 (kuip), XIXB (deksel).

Waardering

Cultuurhistorische waarde

De kerk is een goed voorbeeld van een R.K. wederopbouwkerk in het centrum van een Limburgs mijndorp. De kerk heeft cultuurhistorische betekenis als herinnering aan het mijnverleden van het dorp Brunssum.

Architectuur- en kunsthistorische waarden

De kerk is van belang als voorbeeld van expressionistische bouwstijl en de toepassing van beton daarbinnen. De kerk is een vroeg voorbeeld van het oeuvre van de internationaal bekende architect Gottfried Böhm. Het ontwerp heeft hoogwaardige esthetische kwaliteiten vanwege de zorgvuldige toepassing van materialen, detaillering en Vanwege de bijzondere constructie; de situering van de volumes en de expressieve vormgeving. Detaillering en constructie zijn van groot belang, onder meer de glas-in-loodramen, de toepassing van beton, de verlichting. Er is een harmonieuze en opmerkelijke samenhang tussen het kerkgebouw, de klokkentoren en de omringende aanleg.

Situationele en ensemblewaarde

De kerk domineert vanwege haar omvang de omgeving, terwijl de toren een landschapsbaken is. De lage toren van de Mariakapel en de klokkentoren staan in de zichtassen van twee straten die zich voor de kerk kruisen.

Gaafheid en herkenbaarheid

Aan het kerkgebouw hebben sinds de bouw geen ingrijpende wijzigingen plaatsgevonden. Materiaal, techniek en constructies zijn nog volledig gaaf. Het kerkgebouw fungeert nog steeds als parochiekerk. Het gehele ensemble is nog vrijwel onveranderd.

Zeldzaamheid

Het is het enige belangrijke werk van Gottfried Böhm in Nederland uit zijn beginperiode. Ook is de kerk van belang als toonbeeld van internationale invloed (vooral vanuit Duitsland).

Bronnen en verwijzingen

Zie ook

ArtikelenHoort bij deze thema'sTrefwoorden

Brunssum, Parkstad, Gregoriuskerk, Gottfried Böhm, Gregorius de Grote

Begrippen

Expressionisme

Specialist(en)

Meer informatie
Meer over het monumentenregister en de pagina's in deze kennisbank is te vinden in Monumenten - Rijksmonumentenregister.
Meer over wat er is beschermd is te vinden in de leeswijzer.

Vragen, verbeteringen of opmerkingen?
U kunt op deze kennisbank reageren via het reactieformulier.

Deze pagina is voor het laatst bewerkt op 13 mrt 2024 om 04:02.