Spreng (cultuurhistorisch beheer)

Twee mannen zijn met harken beheerwerkzaamheden aan het uitvoeren. Ze staan in de spreng zelf. De grond om hen heen in besneeuwd.
Afb 1. Beheerwerkzaamheden aan de Oosthuizer Spreng, omstreeks 1869 aangelegd om het Apeldoornsch Kanaal te voeden..
Topografische kaart met de ligging van alle sprengbeken op de Veluwe.
Afb 2. Overzichtskaartje met de ligging van alle sprengbeken op de Veluwe. (bron: Ministerie van LNV/Directie Kennis: cultgis)
Mensen die in de spreng werkzaamheden uitvoeren. Aan de rechterkant staan bomen en aan de linkerkant ligt een besneeuwd grasveld.
Afb 3. Beheerwerkzaamheden aan de Oosthuizer Spreng bij Apeldoorn door mannen van het Waterschap Veluwe.
Een splitsing/kop van een spreng van boven gefotografeerd. De bladeren op de grond zijn allemaal bruin.
Afb 4. Sprengkop op 't Loo bij Apeldoorn
Een beekje met aan de rechterkant overhellende boomstammen en aan de linkerkant een voetpad. Aan weerszijden van de beek ligt gras.
Afb 5. Een door fraai geboomte omzoomde duinrel op Texel.

Definitie, ouderdom en verspreiding

Sprengen of sprengbeken zijn nieuw gegraven waterlopen of vergraven natuurlijke beken. Ze worden gevoed door uit een bron opwellend water. Er zijn twee typen te onderscheiden. Allereerst de sprengen waarvan de kop zelf als bron fungeert, voorbeelden liggen bij Vaassen. Daarnaast zijn er sprengen waarbij sprake is van met een ‘leiding’ aangevoerd water van hoger gelegen terreinen. Voorbeelden daarvan liggen bij 't Loo, waar geprofiteerd wordt van de lage ligging van de tuin ten opzichte van de omgeving om de fonteinen representatief te laten spuiten. Daar komt het water via de leidingen uit hoger dan het sprengengebied gelegen terreinen en wordt het vervolgens naar de nog lager gelegen tuinen geleid. Een spreng bestaat uit een min of meer ronde sprengkop en een daarvandaan lopende sprengbeek. Vermeldingen van sprengen zijn bekend vanaf 16e eeuw, maar mogelijk bestonden ze al eerder.

Het water uit de sprengen diende oorspronkelijk vaak voor drinkwatervoorziening, maar later volgde industrieel gebruik, bijvoorbeeld voor watermolens, graanmolens en papierproductie. Later werden veel van die watermolens omgebouwd tot wasserijen, waarbij ook het zeer schone sprengwater werd gebruikt. In de 19e eeuw konden sprengen daarnaast deel uitmaken van het watersysteem van een buitenplaats, zoals op landgoed Rosendael (bij Arnhem). Ook zijn in die eeuw nog sprengen gegraven om het Apeldoorns kanaal van extra water te voorzien.

Sprengen komen voor in gebieden met hoogteverschillen, waardoor het water bij de molen waterenergie levert. We vinden ze op en nabij de Veluwe en de Utrechtse Heuvelrug. Ook in het Gooi, in Montferland en bij stuwwallen bij Nijmegen en Ootmarsum komen sprengen voor.

Aantastingen en bedreigingen

Sinds ongeveer 1950 is vrijwel overal het sprengensysteem in verval geraakt, nadat het zijn econo - mische functie had verloren. Daardoor is het sprengenstelsel vaak niet meer goed herkenbaar, of zelfs gedempt of overwoekerd. De stelsels vereisen vanwege hun kunstmatige karakter veel onderhoud. Dit geldt ook voor de bijbehorende elementen zoals bruggetjes en paden.

Een extra aantasting of bedreiging is dat in het sprengengebied de grondwaterstand lager is geworden. Daardoor kan het moeilijk zijn de sprengen weer watervoerend te krijgen.

Beheeropties

Behoud en consolidatie

Bij een functionerend sprengenstelsel moet worden voorkomen dat de waterloop dichtgroeit. Zorg er daarom voor dat de doorstroming in stand blijft. Maai ook de oevers en voorkom houtopslag op de oevers. Controleer de beschoeiing regelmatig en voer zo nodig herstelwerkzaamheden uit.

Verwijder blad dat in het water is gevallen, want dat kan tot verstopping leiden. De onderhouds - paden en de bruggetjes moeten in stand worden gehouden. Dijken die deel uitmaken van het stelsel dienen ook onderhouden te worden en (weer) waterdicht gemaakt.

Restauratie

Pleeg voorafgaande aan de restauratie onderzoek en raadpleeg de bevoegde instanties, zoals RACM, AMW, gemeentelijke of provinciale archeologen en het waterschap. Als in een gebied de grond - waterstand is verlaagd kan restauratie ( of reconstructie) van een spreng zinloos zijn. Stel altijd vast wat de oude trajecten en breedtes van beken en paden waren. Herstel bij een restauratie de beschoeiing met het materiaal dat daar ook eerder voor gebruikt is. Repareer doorgebroken dijken zodat zowel aanvoer als afvoer van water plaats blijven vinden. Controleer of pijpen ontstopt of hersteld moeten worden.

Reconstructie

Reconstructie is alleen met de grootst mogelijke voorzichtigheid uit te voeren en kan niet gebeuren zonder daar een groot aantal partijen bij te betrekken. Ook op plaatsen waar een spreng of sprengensysteem verdwenen lijkt kunnen er nog allerlei bovengronds onzichtbare resten aanwezig zijn.

Neem bij een reconstructie de historische situatie als uitgangspunt. Vaak zijn nog oude kaarten of afbeeldingen van landgoederen bekend. Mogelijk zijn er zelfs nog gegevens beschikbaar over de aanleg van het stelsel.

Behoud door ontwikkeling

De historische rol van sprengen is het afvoeren van water uit een hooggelegen gebied. Ze dragen daar dus bij aan de verdroging van het terrein en maken het lagergelegen gebied natter. Nu het water geen industriële functie meer heeft kunnen de sprengen en de bijbehorende vijver(s) het water vasthouden. Ze kunnen daardoor de functie van een tijdelijke berging krijgen en zo een rol spelen bij het voorkomen van wateroverlast.

Het water uit een sprengensysteem kan daarnaast meehelpen om verdroging van aangrenzende percelen te voorkomen. Vanwege de kwaliteit van het water is het sprengwater ook goed te gebruiken om de natuurwaarde van een gebied te vergroten, zowel van bestaande gebieden als van nieuw in te richten elementen.

Een voorbeeld van reeds uitgevoerd beheer

“Het wordt steeds moeilijk mensen voor handmatig onderhoud te vinden”

Nergens vinden we zoveel sprengen als langs de randen van de Veluwe. Veel van die sprengen zijn in beheer bij het Waterschap Veluwe. Binnen het waterschap is Mark Wesselink bij het beheer betrokken. Hij vertelt over de Vrijenberger spreng, die omstreeks 1875 is gegraven om het Apeldoorns kanaal op peil te houden.

Sinds wanneer ligt het beheer bij het waterschap?

De Vrijenberger spreng is in 1997 samen met het Apeldoorns kanaal, de Oosterhuizerspreng, Zwaanspreng en Kayersbeek overgenomen van Rijkswaterstaat. Het beheer wordt uitgevoerd door het Waterschap Veluwe en wordt gefinancierd uit hun beheersbudget.

Wie zijn er verder bij betrokken?

De Stichting tot Behoud van de Veluwse Sprengen en Beken vervult een adviserende rol bij eventueel herstel en beheer van de sprengen.

Hoe kwam de historische informatie boven tafel?

Bij de overdracht van Rijkswaterstaat naar het waterschap kwam een archief mee, onder andere over de technische staat. Ook een medewerker voor het beheer werd overgenomen van RWS. Hiermee haalden wij de praktische kennis van dit watersysteem in huis.

Wat is er daarna gebeurd?

De spreng was zorgvuldig onderhouden door RWS. Er was geen sprake van achterstallig onderhoud, dus er hoefde in eerste instantie weinig opgeknapt te worden.

Heeft het element zijn oude functie nog of kreeg het een nieuwe?

De spreng voedt nog steeds het kanaal. Ook heeft de spreng een toeristische functie: er liggen drie watervallen in, waaronder de hoogste van Nederland. Die functie levert geen problemen op. Sterker nog: we kunnen de recreanten laten zien hoe waardevol sprengen kunnen zijn. Het pad langs de spreng is al lange tijd halfverhard en is onderdeel van een ANWB-fietsroute. Voor de Vrijenberger spreng is in 2003 een Beheer- en Onderhoudsplan opgesteld. De doelstellingen voor deze spreng zijn: behoud van biodiversiteit, hoge kwaliteit van water en milieu en robuuste bescherming van natuur, landschap en cultuurwaarden.

Er wordt aan gedacht om meer aan educatie te doen, door bijvoorbeeld een informatiebord te plaatsen. De provincie heeft de spreng ook de HEN-status gegeven: Hoogste Ecologisch Niveau. Mede daardoor is de discussie nu of we strak in moeten zetten op de cultuurhistorische waarde of meer aandacht moeten besteden aan de natuur. Het beheer is extensief en vooral gericht op behoud van de watervoerendheid van de spreng. We proberen minimaal in te grijpen in natuurlijke processen.

Wat wordt er aan onderhoud gedaan?

De beschoeiing bestaat helemaal uit perkoenplaatjes, dit is al vanaf de aanleg zo. Door RWS waren zelfs grove dennen aangeplant op naastgelegen percelen om die paaltjes te leveren.

Het beheer gebeurt nog steeds handmatig. Maar het blijkt wel steeds moeilijker om daarvoor bij de aannemer die het uitvoert mensen te vinden. Perkoenpaaltjes worden vervangen als daar noodzaak toe is. De spreng wordt geschoond van overtollige bladeren en erin gevallen takken die de doorstroming belemmeren. Op de wallen langs de spreng staan inmiddels zware bomen (grove den, eik, beuk). Recent zijn enkele exoten verwijderd.

Er wordt op gestudeerd om de schotbalkstuw in de spreng in de winter tot 2 meter hoger te zetten, dan kan de sprengkop water vasthouden. Daarmee wordt de verdroging van de Veluwe minder en kan een reserve opgebouwd worden ten behoeve van het Apeldoorns kanaal voor droge zomertijden. Deze methode werd in het verleden ook toegepast en is dus niet nieuw.

Nader signalement

Voor er sprengen bestonden werden natuurlijke beken gebruikt om watermolens aan te drijven. Sprengen zijn herkenbaar doordat ze altijd wat hoger lopen dan het laagste punt van de beekdalen: ze gaan niet door het laagste punt. Dat betekent dat er ook een dijklichaam nodig is om de spreng naar de molen te kunnen geleiden. Na ‘gebruik’ van het water werd het gewoonlijk weer naar een oorspronkelijke beek gevoerd. De begrippen boven en onderbeken ontstonden daardoor.

Sprengkoppen en sprengbeken zijn onderdeel van een stelsel met meer elementen. Zo zijn er de al genoemde dijken, bruggetjes en onderhoudspaden. Onderdeel van het stelsel zijn ook wijerds (stuwvijvers) waarin het water dat uit de sprengen komt wordt verzameld. Soms treffen we houten schotten aan en bij bepaalde toepassingen (resten van) molenplaatsen. Sprengen maakten in enkele gevallen deel uit van een parkaanleg en waren onderdeel van het ontwerp.

In duingebieden liggen duinrellen. Dat zijn gegraven watergangen waarmee (overtollig) water uit de duinen versneld wordt afgevoerd, soms met de bedoeling het water buiten het duingebied te gebruiken voor het besproeien van akkers. De duinrellen zijn vaak kaarsrecht en hebben geen ‘kop’.

Ecologische waarden en potenties

Sprengen zijn doordat ze gebruik maken van schoon kwelwater ecologisch erg interessant. Ze bevatten zuurstofrijk helder water van een kwaliteit die verder bijna nergens voorkomt. De natuurwaarden zijn gedeeltelijk gelijk aan die van de meanderende beken in Limburg.

Op de sprengwallen kunnen op schaduwrijke plaatsen soorten staan als dubbelloof en andere varens. In de bronnen en de spreng zelf kunnen bijzondere planten als de paarbladig goudveil en IJle zegge, bronkruid en bittere veldkers voorkomen. In deze landschapselementen treffen we ook zeldzame kiezelwieren en mossen aan. Op het schone water komen ook bijzondere libellen af, soorten die verder alleen langs beken in Zuid-Limburg en Noordoost Twente voorkomen: soorten van schoon en helder stromend water, zoals de bosbeekjuffer. Ook voor vissen en amfibieën die leven in helder schoon water zijn sprengen waardevol.

Sprengen met ijzerhoudend water, zoals die langs het Apeldoorns kanaal, binden fosfaat in het water en hebben daardoor een zuiverende werking.

Literatuur

  • Hagens, H. (2000), Op kracht van stromend water; negen eeuwen watermolens op de Veluwe. Hengelo.
  • IJzerman, A.J. (1979), Sprengen en sprengbeken op de Veluwe, een onderzoek naar beheer, onderzoek en waterhuishouding in historisch perspectief. Comm. Bestud. Waterhuishouding Gelderland (Prov. Waterstaat Gelderland)/L.H. Wageningen (Rapport LH/NB 76-77-6)
  • Renes, J., J. Meijer en K.R. de Poel (2002), Het Veluwse Sprengenlandschap, een cultuurmonument. Alterra, i.s.m. Stichting tot Behoud van de Veluwse Sprengen en Beken, Wageningen.

Sites

Vragen, verbeteringen of opmerkingen?
U kunt op deze kennisbank reageren via het reactieformulier.

Deze pagina is voor het laatst bewerkt op 24 aug 2023 om 03:02.