Beschermde stads- en dorpsgezichten in Nederland

Introductie

Bij rijksbeschermde stads- en dorpsgezichten gaat het om gebieden met een bijzonder, historisch karakter. Dat karakter kan in de loop van eeuwen zijn gegroeid, zoals een historische binnenstad, maar het kan ook gaan om ontworpen gebieden, bijvoorbeeld een villapark.

Monumentenwet

De Monumentenwet 1988 omschrijft stads- en dorpsgezichten als ‘groepen van onroerende zaken die van algemeen belang zijn wegens hun schoonheid, hun onderlinge ruimtelijke of structurele samenhang dan wel hun wetenschappelijke of cultuurhistorische waarde en in welke groepen zich één of meer monumenten bevinden’ (artikel 1 onder f).

Aanwijzing

Beschermde stads- en dorpsgezichten worden aangewezen door de minister van OCW en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gezamenlijk. De aanwijzing van een beschermd gezicht beoogt de historische structuren te beschermen en deze tevens een plaats te geven in de toekomstige, ruimtelijke ontwikkelingen. Hiertoe stelt de gemeente in vervolg op de aanwijzing een zogenaamd beschermend bestemmingsplan op. Dit bestemmingsplan regelt zaken als het toevoegen van nieuw- of aanbouw of het veranderen van het gebruik (bestemming) van een gebouw. Voor het slopen van een bouwwerk in een van rijkswege beschermd stads- of dorpsgezicht is een omgevingsvergunning verplicht (artikel 2.1 lid 1 onder h Wabo).

Vragen, verbeteringen of opmerkingen?
U kunt op deze kennisbank reageren via het reactieformulier.

Deze pagina is voor het laatst bewerkt op 2 feb 2024 om 04:01.