Bunnik - De Burg Marsdijk - Fectio

< Rijksmonumenten

(45717) monumentenregisterMonumentnummer: 45717

Introductie

Fectio / Fort Vechten. Resten van een fort (castellum), kampdorp (vicus) en grafveld uit de Romeinse tijd.

Neder-Germaanse limes

Dit rijksmonument is onderdeel van de Neder-Germaanse limes, de noordgrens van het Romeinse Rijk. Deze is sinds juli 2021 UNESCO werelderfgoed.

Foto van het terrein.
Afb. 1. Foto © Nederlandse Limes Samenwerking, Rien Polak
Kaartje met afbakening van het terrein
Afb. 2 Kaartje van het terrein

Kenmerken

Voor de exacte locatie en begrenzing van dit archeologisch rijksmonument: volg de link naar het Monumentenregister rechts bovenaan deze kennisbankpagina, en klik vervolgens daar op het bijbehorende kaartje.

Verhaal over het rijksmonument

In het jaar 12 voor Chr. begon het Romeinse leger een verwoestende aanvalsoorlog tegen de Germaanse stammen aan de overkant van de Rijn. Hij zou bijna dertig jaar duren, waarna het nog eens dertig jaar onrustig bleef. In het kader van die veldtochten verkenden Romeinse troepen de loop van de Rijn tot aan de Noordzee. Niet ver van de plaats waar de rivier de Vecht zich van de Rijn afsplitste, bouwden ze rond 5 voor Chr. een versterkte legerbasis. Via de Vecht kon het grote Flevum-meer worden bereikt, een verre voorloper van het IJsselmeer. Van daaraf kon een oorlogsvloot doorvaren naar de Waddenzee en het noorden van Duitsland. De Romeinen volgden een paar keer die route, waarbij de versterking bij de Vecht een belangrijk bevoorradingspunt moet zijn geweest. Uiteindelijk leverden deze operaties niets op. Rond het jaar 50 werd de versterking onderdeel van de grenslinie lang de Rijn: de limes. Het leger bouwde hier toen een fort (castellum), dat Fectio werd genoemd, waarschijnlijk naar de inheemse naam van de rivier. De buurtschap Vechten onder Bunnik waar de resten van het fort nog grotendeels in de bodem zitten, heeft er zijn naam aan te danken.

Fectio is het oudste van de 18 bekende limesforten in Nederland, en ook het grootste. Het had een oppervlak van 2,6 hectaren, tegenover 1 tot 1,5 hectare elders. Er waren ook sterkere eenheden gelegerd dan in de andere forten. De bezetting bestond uit een afdeling ruiters, of een afdeling waarin voetsoldaten en ruiters samen dienden. Bijzondere ruiterhelmen en inscripties getuigen van hun aanwezigheid. Ook verschenen er geregeld detachementen van de legioenen, elitetroepen die in grote kampen in Duitsland klaarstonden om in te grijpen als de grens zou worden bedreigd. Binnen de wallen van het fort was plaats voor zo’n 500 soldaten en evenzoveel paarden. Die soldaten kwamen uit alle delen van het Romeinse rijk. De namen van eenheden uit Bulgarije, Engeland en Spanje staan op inscripties en stempels op dakpannen vermeld. Waarschijnlijk was Fectio ook een steunpunt voor de vloot die op de Rijn patrouilleerde. In 1893 zijn de resten van een Romeins schip opgegraven in een oude Rijnbedding, en er liggen er mogelijk nog meer. Het fort had min of meer dezelfde opzet als alle andere Romeinse versterkingen. Het leger werkte wat dat betreft volgens het boekje. Een rechthoekige omwalling van zo’n 165 x 155 meter werd omgeven door een gracht. In elke zijde was een poort gebouwd, vanwaar twee haaks op elkaar lopende straten naar het centrum liepen. De zuidwest-noordoost lopende straat was het verlengde van de weg die vanaf het einde van de eerste eeuw na Chr. over de zuidoever van de Rijn liep. De andere straat begon bij de oever van de rivier zelf, die op een steenworp afstand van het fort lag. Hij voerde binnen de wallen naar het hoofdkwartier van het fort, de principia. Langs de straten stonden barakken voor de manschappen, stallen voor de paarden, opslagplaatsen en graanschuren, werkplaatsen, een ziekenbarak en latrines. Een groot en luxe uitgevoerd gebouw was de woning van de commandant van de eenheid, die qua status, inkomen en comfort ver verheven was boven zijn mannen.

De ligging van het fort vlak bij de oever van de Rijn was misschien bedoeld om aangevoerde voorraden snel binnen de poort te kunnen brengen, of om vijanden aan de overkant af te schrikken. Maar er waren ook grote nadelen aan verbonden: de onbedijkte rivier trad geregeld buiten zijn oevers, met overstromingen binnen het fort tot gevolg. Het hele complex is een paar maal ingrijpend herbouwd. Niet alleen overstromingen, maar ook branden hebben het fort geteisterd. Vijf brandlagen getuigen daarvan. In totaal hebben archeologen zeven bouwfasen kunnen onderscheiden. In de laatste twee zijn de muren en hoofdgebouwen opgetrokken uit natuursteen, aangevoerd uit steengroeven in Duitsland.

Vlak buiten de poorten begon een uitgestrekte nederzetting waar honderden burgers leefden. In zo’n vicus woonden onder andere ambachtslui die voor het leger werkten, verkopers van allerlei waren en producten, en vrouwen en kinderen van de soldaten. Burgers en militairen vonden een laatste rustplaats op grafvelden aan de rand van de vicus. Omstreeks 275 na Chr. hebben de laatste soldaten het fort verlaten, zoals de hele limes ten westen van Nijmegen werd ontruimd. Het leger had de troepen op andere fronten nodig. Voor de burgers viel hier ook niets meer te zoeken. Er kwamen in de jaren die volgden, nog regelmatig korte bezoeken van militaire eenheden, maar het fort kreeg nooit meer zijn oude functie. In de negentiende eeuw werden er voor het eerst opgravingen uitgevoerd. Veel restanten kwamen aan het licht bij de aanleg van een nieuwe versterking op bijna dezelfde plaats: Fort Vechten van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Sindsdien heeft er geregeld archeologisch onderzoek plaatsgevonden. Vechten is een unieke vindplaats uit een bijzondere periode in onze geschiedenis.

Vrijstellingsdiepte

Bij dit rijksmonument liggen de archeologische resten dieper in de ondergrond waardoor er een vrijstellingsdiepte van 30 cm onder maaiveld van toepassing is. Wel is altijd een vergunning vereist voor:

  • bouwwerkzaamheden;
  • het aanbrengen van verhardingen;
  • het wijzigen van het grondwaterpeil;
  • het dempen/uitdiepen van watergangen of depressies;
  • het ophogen, verlagen of egaliseren van het terrein.

Archeologisch rijksmonumentenpaspoort

Nederland kent circa 1500 archeologische rijksmonumenten. Om eigenaren beter te informeren over 'hun' monument heeft de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed in 2023 per monument een archeologisch rijksmonumentenpaspoort uitgegeven. Het bevat informatie over locatie, ouderdom en het type monument, aangevuld met gegevens over bescherming en zorgvuldig gebruik. Deze pagina is (deels) opgesteld en/of aangevuld op basis van dit paspoort. Het is een aanvulling op de monumentgegevens in het Rijksmonumentenregister.


Meer informatie
Meer over het monumentenregister en de pagina's in deze kennisbank is te vinden in Monumenten - Rijksmonumentenregister.
Meer over wat er is beschermd is te vinden in de leeswijzer.

Vragen, verbeteringen of opmerkingen?
U kunt op deze kennisbank reageren via het reactieformulier.

Deze pagina is voor het laatst bewerkt op 28 mrt 2024 om 15:37.