Heilig Land-Stichting - Cortendijk

< Rijksmonumenten

(531053) monumentenregisterMonumentnummer: 531053

Introductie

Resten van een aquaduct uit de Romeinse tijd.

Neder-Germaanse limes

Dit rijksmonument is onderdeel van de Neder-Germaanse limes, de noordgrens van het Romeinse Rijk. Deze is sinds juli 2021 UNESCO werelderfgoed.

kaartje met afbakening van het terrein.
Afb. 1 Kaartje van het terrein

Kenmerken

Voor de exacte locatie en begrenzing van dit archeologisch rijksmonument: volg de link naar het Monumentenregister rechts bovenaan deze kennisbankpagina, en klik vervolgens daar op het bijbehorende kaartje.

Verhaal over het rijksmonument

Tussen 71 en 104 na Chr. was op de Hunerberg in Nijmegen een grote Romeinse militaire eenheid gelegerd: het Tiende Legioen, bijgenaamd `Gemina’ (`De Tweeling’). De 5000 soldaten en officieren waren ondergebracht in een grote ommuurde legerplaats, de castra. Hun aanwezigheid had grote invloed op de wijde omgeving. Eén van de logistieke uitdagingen was om te zorgen voor voldoende water voor de legionairs en de minstens zovele inwoners van de omliggende burgernederzetting, de canabae legionis. Water was nodig voor drinken, wassen, het bereiden van eten, doorspoelen van latrines, verzorging van paarden, het uitvoeren van sommige ambachten en in badgebouwen. De totale waterbehoefte van de bewoners van de legerplaats en de nederzetting wordt geschat op 0,5 tot 1 miljoen liter per dag. Deze immense hoeveelheid kon onmogelijk alleen met emmertjes uit waterputten worden gehaald. Daarom legden de soldaten een ruim 5 kilometer lange waterleiding aan vanaf bronnen in de heuvels van Berg en Dal. Deze heuvels bleken ideaal voor de aanleg van een aquaduct. Door de gelaagdheid van de ondergrond was (en is) bronwater aanwezig op relatief grote hoogte. De Romeinse ingenieurs stonden daarbij voor een grote driedimensionale puzzel. Ze moesten een tracé in het landschap ontwerpen waarlangs het water met een gelijkmatig verval naar de legerplaats zou stromen. Om dat te bereiken, legden ze vanaf de hoogste bron drie geulen en drie dammen aan. Daardoor kon het water met een vrijwel overal gelijk verval van 0,2% naar beneden stromen.

Van de houten waterleiding zelf is niets meer over. De dammen en geulen zijn echter nog steeds aanwezig in het landschap en vormen samen het grootste zichtbare Romeinse monument van Nederland. Voor Nederlandse begrippen is het aquaduct uniek. Als stukje ingenieurskunst is het directe familie van alle 1100 overige aquaducten in het voormalige Romeinse Rijk.

Eén van de dammen van het aquaduct is de Cortendijk. Deze dam zorgde voor het overbruggen van een natuurlijk dal dat is ontstaan tijdens en net na de voorlaatste ijstijd, zo’n 150.000-100.000 jaar geleden. Een ijskap van honderden meters dik had op deze plek een ring van heuvels gevormd: een stuwwal. Aan het einde van die periode begon de aarde weer langzaam op te warmen. Omdat de ondergrond nog lange tijd was bevroren, kon het smeltwater niet in de grond wegzakken en spoelde van de heuvels af. Daarbij ontstonden diepe geulen. Na het volledig ontdooien van de ondergrond bleven deze laagtes achter als droge dalen. Ze zijn heel kenmerkend voor het stuwwallenlandschap. Voor de aanleg van het aquaduct vormden ze een belemmering, want als de waterleiding op deze plaats de hoogtelijnen had moeten volgen, zou dat hebben geleid tot een flinke omweg. De dam zorgde voor een inkorting van het totale tracé met ongeveer 500 meter.

Tegenwoordig is de Cortendijk ca. 75 meter lang en daarmee de kortste van de ‘aardwerken’ van het aquaduct. Het aarden lichaam is nog tot 3 à 4 meter hoog. Om aan te sluiten op de rest van het aquaduct moet de dam in de Romeinse tijd 2,5 meter hoger zijn geweest. De dam is in het noorden en midden zo’n 26 meter breed, in het zuiden 14 meter.

De Cortendijk wordt al vernoemd op een kaart uit 1570. Toen moet het dus een opvallend element in het landschap zijn geweest. Het toponiem ‘Kortendijk’ duikt voor het laatst op in 1720, daarna verdwijnt het uit de bronnen. De dam zelf bleef zichtbaar in het landschap en diende ook eeuwenlang als perceelscheiding.

Vrijstellingsdiepte

Bij dit rijksmonument liggen de archeologische resten dieper in de ondergrond waardoor er een vrijstellingsdiepte van 20 cm onder maaiveld van toepassing is. Wel is altijd een vergunning vereist voor:

  • bouwwerkzaamheden;
  • het aanbrengen van verhardingen;
  • ophogen, verlagen of egaliseren;
  • het dempen van watergangen of depressies;
  • het graven of verbreden van sloten;
  • het aanleggen en verwijderen van leidingen;
  • het aanbrengen van beplantingen;
  • sloopvergunningsplichtige werkzaamheden;
  • overige wijzigingen.

Archeologisch rijksmonumentenpaspoort

Nederland kent circa 1500 archeologische rijksmonumenten. Om eigenaren beter te informeren over 'hun' monument heeft de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed in 2023 per monument een archeologisch rijksmonumentenpaspoort uitgegeven. Het bevat informatie over locatie, ouderdom en het type monument, aangevuld met gegevens over bescherming en zorgvuldig gebruik. Deze pagina is (deels) opgesteld en/of aangevuld op basis van dit paspoort. Het is een aanvulling op de monumentgegevens in het Rijksmonumentenregister.


Meer informatie
Meer over het monumentenregister en de pagina's in deze kennisbank is te vinden in Monumenten - Rijksmonumentenregister.
Meer over wat er is beschermd is te vinden in de leeswijzer.

Vragen, verbeteringen of opmerkingen?
U kunt op deze kennisbank reageren via het reactieformulier.

Deze pagina is voor het laatst bewerkt op 28 mrt 2024 om 15:58.